vast en zeker naar het Achtergesticht worden gestuurd. Terug naar de wildernis.
Uiterlijk kalm, maar öp van de angst, slenterde ik naar mijn hokje, waar de boeken stonden. Ik slaagde erin de foto's te voorschijn te halen. Op het toilet scheurde ik ze in stukjes, en trok door. Jan kon nu vertellen wat hij wilde... het bewijs was vernietigd. Ik voelde me betrekkelijk veilig. De ruzie tussen Jan en Gerard woedde verder. Elke avond weer-aan stonden ze, half fluisterend, tegen elkaar te grommen en te grauwen. Het werd allengs duidelijk, dat Jan in zijn onberekenbare woede, het er op aan legde, gehoord te worden, ook en vooral door de verplegers. Dat was rechtdraads in strijd met de ongeschreven wet. De verpleegden konden onder elkaar slaan ruzie hebben, maar de bewakers hadden er niets mee te maken. Jan evenwel voer de koers van de desperaten. Verpleegden maanden hem aan niet zo luid te spreken. Ze bedreigden hem met een ongenadig pak ransel als hij zo door zou gaan. Maar Jan kon niets meer schelen. En op een avond klonk luid door de zaal: '.. .foto's met jongens in allerlei geile standjes...' Eerst werd Jan bij de directeur geroepen. Wat hij daar heeft verteld, weet ik niet, maar ik vermoed, dat hij er niet veel heeft verzwegen. Daarna moest Gerard komen en die viel met vlag en wimpel door de mand. Tenslotte werd ik gehoord. Wat er waar was van die foto's. 'Niets'.
'Dus je hebt geen foto's?' 'Nee, u mag gerust gaan zoeken'. 'Heb je nooit foto's gehad?'
'Jawel, thuis. Die zijn door de politie in beslag genomen. Dat heb ik wel aan Gerard verteld. Ik denk, dat hij het aan Jan heeft overgebriefd en die heeft het verkeerd begrepen'. 'Ja, maar Gerard heeft toch verklaard, dat hij van jou foto's heeft gehad'.
82