teerd.
Ik bezocht ook andere nachtclubs. Sommige daarvan behoorden tot de zelfkant. Maar er waren ook twee of drie niet-obscure gelegenheden. Je dronk een biertje. Je ontmoette er kennissen of sloot vriendschappen. Ik danste er veel. Muziek en dansen vormen een belangrijk stuk van mijn leven. Op een avond zat ik in mijn eentje kringetjes te trekken op het tafelblad met gemorste pils, toen een man naast me kwam zitten. Hij heette Wim. Bleek, stil en erg schuw. Hij vertelde me, dat hij directeur was van een bekende onderneming op elektrisch gebied in Den Haag. Af en toe kwam hij naar Amsterdam om zich een beetje te vertreden. In Den Haag waren ook wel nachtclubs, maar hij liep niet graag te koop in een stad, waar zoveel mensen hem kenden. Hij kon uitstekend dansen, oude en moderne dansen, alles eerste klas. In de nacht reed hij dan naar den Haag terug in zijn Chrysler, een knots van een slee, hij tufte nooit sneller dan vijftig kilometer per uur: harder.. . daarvoor was hij te bang. Een fijne knul, die Wim. Keurig. Beschaafd. Niet opdringerig. Hij kende weer een paar andere lui en ik introduceerde Tom bij hen. We werden een kringetje vrienden. Er was nog een jongen bij met een auto, een klein Opeltje, en heel vaak gingen we een week-end er met de twee wagens op uit. Gezellig. Er waren twee lui bij, ze waren een stel en woonden samen. Je hebt heel wat kamerverhuurders, die onder geen beding een man en een vrouw samen op éen kamer willen hebben (getrouwd of niet, dat is hun om het even), omdat ze bang zijn, dat hun onderhuurders dan op zekere dag een kind krijgen. .. en deze barmhartige Samaritanen vinden kinderen Volksvijand Nummer Eén en de Woningnood een zegen, die regelrecht van boven komt. Om zich tegen het risico van huurders met kinderen te dekken, hebben ze een vernuftige oplossing gevonden: ze verhuren hun riante optrekjes bij voorkeur aan homofiele echtparen,
135