nacht. Ik wacht op een teken. Als ik hier weg moet, laat dan een ster verschijnen.. . als ik moet blijven, laat die lichte plek aan de hemel dan door een wolk worden bedekt. Geef een teken. De schreeuw van een uil. Een bliksemschicht aan de horizon. Het gehinnik van een paard. Het doet er niet toe. Maar geef een teken. Laat me niet alleen. Ik kan het antwoord alleen niet vinden.
Dominee Jorissen heeft wel een teken gekregen, maar het was een vals vuur en toen heeft hij zijn vrouw vermoord. Nu zit hij misschien in een dwangbuis.
Ik voel tegenwoordig een niet te stuiten behoefte om te huilen. Maar overdag sta ik op het toneel en de dokters zitten op de eerste rij, net als in 'Smaalderland', ze kijken naar je spel, want daaraan kunnen ze zien hoever je genezen bent. Overdag moet ik me goed houden, zo heet dat: goed houden! Als ik alleen ben geef ik ongebreideld aan mijn droefheid toe. Ik ga op bed liggen. Niemand, die me een stukje snoepgoed komt brengen, geen geldstuk om op te zuigen. Ik huil mezelf in slaap.
Ik brak met het clubje. Op de tekenkamer van een machinefabriekje in Utrecht kon ik werk krijgen. Vader sputterde tegen, maar toen mijn toezichthouder van de reclassering het goed vond, berustte vader in de verandering. Er stonden in die tekenkamer vier volslagen tekenaars, ik was niet meer dan een aankomend hulpje. De sfeer beviel me wel. Heren met witte boorden, die tussen de middag naar huis gingen om bij moeder de vrouw een boterhammetje te eten. Ik nam mijn twaalfuurtje mee en dronk er in een cafeetje een kop koffie bij. Het was een soort reclassering. Maar na een poosje was de nieuwigheid eraf. De heren tekenaars, die zich aanvankelijk voor mij wat hadden ingehouden, werden gemeenzaam. Eén specialiseerde in schuine moppen, hoe goorder hoe mooier. Ik was vroeger verzot geweest op zulke grollen,
111