Ploeger. Op het toneel in Casino. Iedereen zat in de zaal, de kritische moeder Betje op de eerste rij. Er bestaat een foto uit die dagen, Meyer en Marietje als kabouters. De hele klas. Het is een ontroerend plaatje, het merendeel van die kinderen was opgeschreven om in de gasovens van de edel-Germanen te verdwijnen. Ik kijk naar die foto van lang geleden en voor de zoveelste maal in mijn leven leer ik, dat de grootste gave die de mens werd geschonken, is zijn onvermogen om de toekomst te kunnen voorzien... Maar niet slechts mensen, soms hebben gebouwen een vreemde angstaanjagende levensloop. Wie van de mensen op Vlooienburg had ooit kunnen denken, dat het schooltje van meester Willem Ploeger het toneel zou worden van een gruwelijk drama?
Tussen de twee wereldoorlogen ontdekten ze op de afdeling Onderwijs, dat het holle huis toch eigenlijk ongeschikt was geworden om nog langer als tempel van onderricht dienst te doen. De kinderen trokken naar een nieuwe behuizing. Het schooltje van meester Ploeger werd bananenpakhuis. En toen kreeg dat oude kavalje plotseling bekendheid in het hele land. Er werd in de buurt een meisje vermist, een kind van een jaar of acht. Zoiets gebeurde wel meer. Meestal kwam het schaap na een paar dagen weer terecht. Het was weggelopen. Het was verdwaald. Een enkele keer kwamen politieagenten in een roeibootje dreggen en dan was er verdriet in de harten van alle mensen, om het even of ze het slachtoffertje hadden gekend.Maar deze keer bleef het meisje spoorloos. De politie dregde en boekte geen resultaat. Er verschenen oproepen in de krant. Aan de buitenmuur van het politiebureau op het Meyerplein werd
«5