hoofdstuk iii
Oorlogsgevaar
Toen voor Hilversum 'n avond- en nacht-verduisteringsoefening was aangekondigd, zei Dirk tegen zijn vader en moeder: 'Ik denk niet, dat ik vanavond erg vroeg thuis zal zijn. Er is een uitzending van een hoorspel, waarvan ze erg veel werk hebben gemaakt. Ik heb toestemming gekregen om er zo'n beetje omheen te lopen. Kan je reuze veel van leren, jö! En daarna ga ik een beetje rondbavia-nen. Kijken hoe de stad er uitziet als alles donker is. Aantekeningen maken, net alsof ik een echte radio-reportage moet verzorgen.' 'Hoe laat denk je dat het wordt?' vroeg zijn moeder. 'Geen kijk op, misschien een uur of één, het kan ook later worden. Het is maar, dat jullie het weet en niet denkt, dat die lieve kleine Dirk in zeven sloten tegelijk is gelopen.'
'Vergeet de huissleutel niet', zei Dirks vader, 'anders moet ik er in het holletje van de nacht uit om meneer-mijn-zoon binnen te laten.' De uitzending van het hoorspel was zeer interessant. Toen die tegen elf uur afgelopen was liep Dirk de gang door, die langs de kamer van de reportage-afdeling voerde. Er brandde nog licht. Wie zou zo laat nog op de reportage-afdeling aan het werk zijn? Toen Dirk binnenkwam, schrok de Kreeft merkbaar. Hij zat aan de schrijfmachine. Dirk ging bij hem staan. De Kreeft draaide het papier, waarop hij zat te typen, in de machine terug. Vreemd, dacht Dirk, het lijkt wel of hij iets aan het tikken is, dat ik niet mag zien.
'Zo Dirk', vroeg de Kreeft, 'je bent laat op het pad. Wat voer je in je schild, mijn jongen?'
'Niks,' zei Dirk, 'ik mocht naar de uitzending van het hoorspel kijken en toen ik door de gang liep zag ik nog licht branden. Ik dacht laat ik maar eens kijken wie nog zo laat aan het zwoegen is.' 'Ik', zei de Kreeft, 'apropos Dirk, ben je al buiten wezen kijken?' 'Nee, waarom?'
'Nou ik wou weten of er licht van deze kamer door de gordijnen schijnt. Het is vanavond verduisterings-oefening, en ik zou niet graag willen, dat ze me op een overtreding betrappen. Och, jö, doe mij een genoegen, ga even buiten kijken of mijn gordijnen lichtdicht zijn.' Dirk had het gevoel, dat de Kreeft hem de deur uit wilde hebben. Waarom? Hij rende de studio uit, sprintte door de tuin, keek vlug naar het raam op de eerste verdieping. Niets te zien. Alles was pot-
27