Tussen speurders en spionnen - Avonturen van Dirk Poldervaert

Titel
Tussen speurders en spionnen - Avonturen van Dirk Poldervaert

Jaar
1960

Druk
1960

Overig
1ed 1960

Pagina's
191



Gijs trok zich van deze woorden niets aan.

'Mag ik jullie voorstellen', zei hij deftig, 'onze nieuwe medewerker Dirk Poldervaert.'

Dirk stapte op het kleine mannetje achter het bureau toe.

'Ik vind het heel plezierig met u kennis te maken, mijn naam is Dirk

Poldervaert, meneer... eh...'

'Ik ben officieel bij de burgerlijke stand bekend als Coendert Lager-wei, mijn vrouw noemt me Koentje, en hier kent iedereen me als de Kreeft. Als je Lagerwei zegt denken ze dat je een ander bedoelt. Begrijp jij eigenlijk waarom ze me de Kreeft noemen?' 'Het zal een zinspeling zijn op uw bleke gelaatskleur', zei Dirk, zonder vooraf over zijn woorden na te denken.

Dat antwoord veroorzaakte een orkaan van gelach. De Kreeft zelf scheen de grootste pret te hebben.

'Hahahahaha', lachte hij, terwijl hij zich op de dijen sloeg van pret, 'bleke gelaatskleur, bleke gelaatskleur. Waarom heeft mijn bleke broeder zo'n huiskleur? Ik heb de tint van een blozende biet... Als jij zo door gaat, Dirk zal je het nog ver brengen.' Dirk stond er een beetje bedremmeld bij.

'En dit is', zei Gijs, op een man van een jaar of vijf en twintig wijzend, 'dit is Karei Veldhuizen, doodgewoon Kareltje. Vertel eens Dirk, heb jij eigenlijk een bijnaam?'

'Nee', zei Dirk, 'bij ons op school hielden ze niet van zulke flauwe grapjes.'

Dat antwoord lokte nieuwe stormen van gelach uit. 'Om je maar meteen in te wijden', ging Gijs voort, 'deze afdeling is bij tijd en wijle een vrijgevochten bende, om je de waarheid te zeggen meer bij tijd dan bij wijle. Als er niets aan de hand is, gedragen we ons als rustige verzekerings-agenten. Maar zodra er werk aan de winkel komt, krijgen we allemaal een beetje last van ons humeur, en hoe belangrijker het werk hoe heviger de ruzie schijnt. Helemaal niks bijzonders hoor, we zijn de beste vrienden.'

'De kwestie is', zei Karei Veldhuizen, 'dat we allemaal stuk voor stuk heel erg inschikkelijk zijn, maar we moeten wel precies onze zin krijgen.'

'In elk geval', zei Gijs, 'ben ik officieel de chef van deze in vrijheid gedresseerde troep idioten. En als chef gelast ik je aan dat wrakke tafeltje plaats te nemen, Dirk, en af te wachten tot dat je orders krijgt. Al ben ik dan de baas, iedereen kan je commanderen en dan heb je het nog te doen ook, denk daarom.'

Gedwee ging Dirk aan een tafel zitten, die in het geheel niet wrak bleek te zijn. Maar dat verwonderde hem niet meer. Het scheen nu

13

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.