Hier is de VARA

schieten omdat zij leven op armelijke grond, waarin niet de kali is van de genegenheid van zijn hoorders, in staat zullen komen om met belastinggeld kunstmatig leven in te blazen in hetgeen voor kwijnen en sterven is opgeschreven."

Wanneer men thans nog eens naleest wat er in die dagen aan demagogische roddelpraat en leugenachtige voorstellingen over Nederland werd uitgestort, dan verbaast men zich er over, dat deze soort „voorlichters" zich zo lang hebben kunnen handhaven in een land, dat terecht trots is op de nuchterheid en het onderscheidingsvermogen zijner burgers. In de Tweede Kamer werd door de regering deze campagne „de sinistere tijd" genoemd.

Het voorstel van de regering, om de omroep te doen financieren uit de wettelijk verplichtê luisterbijdrage, werd door de meerderheid van de Tweede Kamer verworpen.

De fractie der S.D.A.P. verklaarde bij monde van prof. mr dr G. van den Bergh, zich voorstander van de wettelijk verplichte luisterbijdrage; een van zijn argumenten luidde, dat de heffing het tot stand komen van een nationale omroep zou mogelijk maken. De heer Droog-leever Fortuin had een amendement ingediend, strekkende de verplichting tot betaling der luisterbijdrage uit de wet te verwijderen. Tot hem zei prof. Van den Bergh: „Het is juist andersom als de heer Droogleever Fortuin heeft gezegd. Zonder heffing staan de verenigingen scherp tegenover elkaar en zullen zij zo blijven staan. Zij zullen alle op het luistervinkentouw zitten, om elkaar luistervinken af te vangen. De heffing is een gouden band, die hen bindt en die hen zal binden tot een nationale omroep".

De Tweede Kamer en later de Eerste Kamer nam de wet aan zonder de bepaling tot het verplicht stellen van betaling der luisterbijdrage.

Geen geschiedenis van de V.A.R.A. is volledig, wanneer zij niet eveneens vermeldt, dat de democratisch-socialistische omroep van meet af aan op het standpunt heeft gestaan, dat die wettelijk verplichte bijdrage een der noodzakelijke voorwaarden was, om tot een samenwerking en een maximum aan eenheid in de omroep te komen. Zij heeft uit den treure er op gewezen, dat verwerping van de wettelijk verplichte bijdrage moest leiden tot een systeem van vrijwillige contributie... en daardoor tot een felle concurrentiestrijd tussen de

74