Hier is de VARA

Titel
Hier is de VARA

Jaar
1950

Druk
1950

Overig
1ed 1950

Pagina's
222



op het dressoir en hij zit met een lang snoer vast aan het toestel, dat in de hoek van de kamer op het tafeltje staat. En een geluid, dat er uit komt, hoge en lage tonen en bassen en violen, alsof je op de duurste plaats in het Concertgebouw zit, en de sprekers glaszuiver. Je moet met zo een apparaat natuurlijk weten om te gaan, maar heb je eenmaal de slag beet, dan kan een kind de was doen. Als je de afstemming haarscherp maakt, net op het randje van gillen, geven de twee lampen zo een keihard geluid in de luidspreker, dat de buren niet eens op visite behoeven te komen, omdat ze de muziek door de wanden en het plafond heen kunnen horen en iedereen weet toch, dat de woningen van onze bouwvereniging heus niet zo gehorig zijn.

Omdat de V.A.R.A. bij iedereen, die bij ons komt luisteren, favoriet is, worden Kee en ik vanzelf populair. We zijn zo gezegd V.A.R.A.-sterren. Er hangt een biljet voor onze ramen: ״Meld u aan als lid! Op voor de V.A.R.A.!" en op de schoorsteen staat in een hoekje een blikken trommeltje: het V.A.R.A.-busje. Kee en ik vinden het allang best, dat Jan, Piet of Klaas bij ons komen buurten, want eenkennig zijn we niet, dus daar niet van, maar van mooie praatjes kan de kachel bij de V.A.R.A. niet branden, en dus tingelingeling, belle-bellebel, hier is het V.A.R.A.-busje en of u er asjeblieft maar wat in wil gooien voor het genoten genot? Op voor de V.A.R.A.

We hebben het krantje van de V.A.R.A., dat in het begin nog weekblad „Radio" heet, maar later in „Radiogids" wordt omgedoopt en als we op Donderdag tegelijk met „Het Volk" het programmablad thuis krijgen, gaan we na het eten altijd zitten uitkienen, welke programma's in de komende week de moeite waard zijn, de afwas kan wel even wachten. Kee is gek op toneelstukken, die ze in het krantje hoorspelen noemen. Ze zegt, dat ze Willem van Cappellen zo een énige man vindt, want hij heeft iets in zijn stem, dat haar pakt, in het figuurlijke altijd (zegt ze). Ik vraag: „Welke stem bedoel je, want die vrijer heeft zeven of acht stemmen tegelijkertijd, geloof ik. Het ene ogenblik is hij meneer Mulder, dan weer een neger, dan weer een juffrouw (met zijn stem dan altijd) en zo gaat het maar door. En dan is hij ook nog Ome Keesje." Ik vertel Kee, dat ik Jan Lemaire veel beter vind en dat doe ik niet alleen om haar te plagen, want smaken verschillen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.