Twaalf burgemeesters, 500 jaar Amsterdam (met Fred. Thomas)

50 JOOST SYBRANDSZ. BUYCK 52

naar hem had geluisterd, door de St. Anthoniespoort de stad in. Op 23 Augustus bereikten Amsterdam de eerste berichten over den beeldenstorm te Antwerpen en nog dienzelfden dag ving ook hier het werk der vernieling aan; in de oude Sint Nicolaas-kerk werd in enkele uren vernietigd, wat de godsdienstzin van vele geslachten had opgebouwd en saamgebracht. Opgeschoten jongens en rabauwen kweten zich grondig van hun taak. Bij de invloedrijke Gereformeerden waren de meningen verdeeld, enkelen van hen moedigden het vernielingswerk aan, de meesten echter hielden zich afzijdig. De Katholieke overheid, in haar grote gematigdheid nog aarzelend, greep pas in, toen het te laat was en dorst evenmin de grootste belhamels te straffen. Zij meende met overleg méér te kunnen bereiken en zo besprak men met enkele vooraanstaande Gereformeerden de maatregelen om verdere uitspattingen te voorkomen. In overleg met hen werden de kerken tijdelijk gesloten, verdere tegemoetkoming betracht jegens andersdenkenden, maar ook het beeldstormen op lijfstraf verboden, alsmede elke openbare belediging over en weer. Scheen men zo voor de moeilijkheden een oplossing te hebben gevonden, korten tijd later keerde Joost Buyck, die als oudBurgemeester naar het Hof van de Landvoogdes was afgevaardigd, met slechte berichten uit Brussel terug. Margaretha kon onmogelijk toestemmen in de overeenkomst, die te Amsterdam tussen beide partijen was aangegaan en welke zij beschouwde als in strijd met den wil des Konings. Joost Buyck verklaarde, ״dat Haer Hoogheit mondeling geseyt hadde, dat die van Amsterdam hierover noch geen roode hembden gedragen hadden". Zo bleef het gisten in Amsterdam. De jaarlijkse ״kerkmisse" in September bracht veel volk naar de stad. In de Kalverstraat vooral was een drukte en gewoel van belang. Op Dinsdag 17 September kwam het andermaal tot een uitbarsting, welke zich thans richtte tegen de Capelle-terheyligenstede tussen Kalverstraat en Rokin. Uit de mensenmenigte in de smalle straat maak-