Twaalf burgemeesters, 500 jaar Amsterdam (met Fred. Thomas)

IO JACOB BRASEMAN VAN DEN ANXTER

van den Grooten Raad. Op 2 Februari 1445 had Amsterdam vier Hoekse burgemeesters en zeven Hoekse Schepenen. Toen Hertog Philips korten tijd later te Brussel terugkeerde, wachtten hem daar de verdreven Amsterdamse Kabeljauwen, om hem hun nood te klagen. Lelaing werd ontboden en beide partijen door den Hertog gehoord. Het ontslag van den Stadhouder volgde. In het najaar trok Philips persoonlijk naar het Noorden en stelde in de steden gemengde regeringen in, de Kabeljauwen in de meerderheid, doch met naast zich bekwame gematigde Hoeken. Op zijn uitdrukkelijk bevel moest heel de strijd thans rusten, niets mocht meer aan oude partijschap herinneren.

Op Sint Elisabethsdag, 19 November 1445, beierden en klepten de klokken van Amsterdam. Hertog Philips hield zijn intocht, geestdriftig begroet door het volk. Met hem keerden de Kabeljauwen, die uit hun stad verdreven waren, in hoger aanzien terug. Dienzelfden dag vormde de Hertog een nieuwe regering, waarin zeven Kabeljauwen en vijf Hoeken. Eerste Burgemeester werd Jacob Braseman.

*

In den nacht van 24 op 25 Mei 1452 woedde een vreselijke brand in Amsterdam. Het eerste alarm kwam van de Oude Zijde. Bij de Inrebrugge ten Noorden der Oude Kerk lekten de vlammen uit een pakhuis, een opslagplaats van teer. In korten tijd warende belendingen door het vuur aangetast. Er stond een sterke Noord Oostenwind, die den hoog laaienden gloed joeg van huis tot huis, door stegen en sloppen tot het water van het Damrak, dat vol met schepen lag. Touwen en zeildoek vatten vlam, een ra stortte brandend neer. Als angstige dieren rukten de hulken aan hun trossen. Mannen sprongen van boord tot boord, hakten de touwen door. Weg met de schepen, de haven uit! Maar het vuur was sneller. Twee, drie hulken brandden, een