IO JACOB BRASEMAN VAN DEN ANXTER
den Dam. De Schepenen vonden hun stoelen links van de Burgemeesters; tegenover hen waren de plaatsen van oudBurgemeesters, achter en terzijde van wie de oud-Schepenen zich opstelden.
Na het teken des Kruises bad men staande het voorgeschreven gebed om Gods zegen af te smeken. De Secretaris sprak de woorden langzaam en met nadruk en allen stemden in met een krachtig Amen. De voorzittende Burgemeester belastte dan, na een kort inleidend woord, den Secretaris met voorlezing der Privilegiën, op al de punten voor de handeling van dit ogenblik van kracht. In de stilte vol plechtig zwijgen klonk dan de tekst van Albrechts Privilegie, de bevestiging van de macht en onafhankelijkheid van Amstels burgemeesters tot in lengte van dagen: ,,Voirt soe sullen alle die ghene, die scepen of raet geweest hebben binnen onser stede van Aemstelredam alle jair kiezen up Onser Vrouwen Avondt te lichtmisse bi meerre stemmen uut te gaen drie goide knapen tot rade van onser stede voirscreven, ende die en sullen niet jongher wesen van jaren dan viertich jair; ende der sullen der drie rade tot hem kiezen enen van den oude rade, diere tnaeste jair te voren raet in geweest heeft; ende dieselve gekoren oude raet sal die drie jonge rade voirscriven eeden, als dair toebehoirt; ende der en sullen onse baillu noch scout van Amstelredam dair ghene stemme in hebben."
Alle aanwezigen kenden den tekst. Zij hadden hem gelezen en herlezen, meer dan eens vernomen in het openbaar. Maar zij luisterden opnieuw naar den vertrouwden inhoud, luttele zinsneden, welke nochtans een bevestiging waren van de glorie hunner stad, die bij haar Burgemeesteren alle macht berusten wist, terwijl hun keus noch door schout noch door baljuw, die het landsgezag vertegenwoordigden, werd beinvloed. Zij wisten niet, dat deze regels, door Albrecht vastgesteld, van kracht zouden blijven, bijkans vier eeuwen lang, dat nog in 1794 den isten