40
geacht wordt te bereiken . (---). Vroeger sprak men graag in termen van
drie categorieën: onderwijs geven had tot doel het 'aanbrengen' van kennis en inzicht, de 'training' van vaardigheden, en de 'vorming' van attituden (of van 'de persoonlijkheid'). Tegenwoordig zijn wij in ons denken over onderwijsdoelstellingen wel zo ver gevorderd dat wij de aanduidingen van leraarsactiviteiten in deze formuleringen - aanbrengen, training, vorming - als voor ons
doel ((, de analyse van de term 'onderwijsdoelstelling',)) niet terzake afwij-
30
zen. Gebleven is echter de trits: kennis en inzicht, vaardigheden, attituden
(---). Het gaat in alle drie de gevallen---om disposities tot gedrag, om
repertoires van mogelijk gedrag---
De Groot komt nu tot zijn eerste formulering van 'wat voor soort "ding" een onderwijsdoelstelling is:
Men kan het eenvoudig zo zeggen: Na te streven onderwij sleereffecten ((, 'onderwijsdoelstellingen' dus,)) zijn door de leerling te verwerven mentale programma's die hij bij voltooid leerproces zal bezitten. Dat wil zeggen: hij zal weten dat hij ze in zijn repertoire heeft en wat hij daarmee met: succes geleerd heeft, hij zal ze zelf naar eigen keuze (al dan niet) kunnen inschakelen en hij zal ze zelf kunnen sturen. Alleen het (doen) verwerven van een mentaal programma -- kennis, inzicht, vaardigheid, of attitude -- dat aan deze eisen voldoet kan een onderwijsdoelstelling (zijn.
(---)• ((Een onderwijsdoelstelling)) is een wenselijk geacht leereffect,
dat het karakter heeft van een aan het totale repertoire van de leerling
32
toegevoegd mentaal programma'
De Groot geeft nog een tweede formulering van 'een onderwijsdoelstelling'.
Daarin maakt hij geen gebruik van het begrip 'mentale programma's', maar
van het begrip 'vaardigheden', dat hij echter ruimer opvat dan zoals het in de
trits 'kennis en inzicht - vaardigheden - attituden' gebruikt wordt. Met in-
33
stemming citeert De Groot het COWO-rapport , waarin deze trits vervangen wordt door de drie categorieën 'weten', 'kunnen' en 'willen', die dan opgaan in de super-categorie vaardigheid. Het, enigszins door De Groot aangepaste, COWO 2-citaat luidt aldus:
'In het algemeen wordt bij de onderwijsdoelstellingen onderscheid gemaakt tussen het weten, het kunnen en het willen. Deze driedeling kan soms zinvol zijn, maar een scherpe omschrijving van de doelstellingen van een onderwijs-