Joodse traditie als permanent leren

Titel
Joodse traditie als permanent leren

Jaar
1986

Druk
1986

Overig
1ed 1986

Pagina's
347



lé 2. Maimoni des' Godsdienstcodex

5

M. Maimonides (1135-1205 n. Chr. ), talmudist5, wijsgeer, sterrekundige en arts schreef een godsdienstcodex^ die systematisch, helder en kort was. Dit zal blijken uit de citaten die hieronder volgen. Zoals de talmud teruggaat tot Mczes, zo gaat Maimonides' codex terug tot de talmud. De citaten geven dan ook niet de persoonlijke mening van Maimonides weer, maar zijn een door Maimonides geschetste systematisering van de overgeleverde en levende tra-

7

ditie* Het zou daarom onjuist zijn in het rijtje van grote figuren die als voorlopers van de 'éducation permanente' aan te merken zijn, ook Maimonides op te nemen.

Ik kies enige citaten uit de voorschriften die betrekking hebben op de studie

van de Torah.Met Torah wordt alle kennis bedoeld die het Jodendom vorm en

inhoud geeft (zie ook I* 1« 1). Ik volg de tekst van het manuscript dat zich in de 8

Bodleian Library in Oxford bevindt: /

'(1:1) Vrouwen, slaven en kinderen (onder de puberteit) zijn vrijgesteld van de verplichting om de Torah te studeren. Het is echter de plicht van de vader om zijn kleine zoon de Torah te onderwijzen. (..♦). Een vrouw is niet verplicht haar zoon te onderwijzen, want alleen degene wiens plicht het is te studeren, is verplicht te onderwijzen.

(1:6) Wanneer moet een vader beginnen zijn zoon de Torah te leren? Zodra het kind begint te praten (. «« )* Met vijf of zes jaar komt het kind onder de hoede van een onderwijzer.

(1:8) Elke jood is verplicht de Torah te studeren, of hij nu arm of rijk is, gezond of ziek, in de kracht van zijn leven of erg oud en zwak. (...)• (1:9) Onder de grote geleerden waren houthakkers en waterdragers. Enkele geleerden waren blind. Desondanks hielden zij zich dag en nacht bezig met de studie van de Torah (..*)*

( 1:10) Tot wanneer moet een mens blijven leren? Tot de dag van zijn dood

(...). Zodra men ophoudt met leren, begint het vergeten.

9

(2:1) In elke provincie, in elke gemeente en in elke stad moeten onderwijzers worden aangesteld. Indien in een stad geen onderwijsvoorzieningen voor kinderen aanwezig zijn, worden de inwoners onder een ban geplaatst totdat er onderwijzers zijn aangesteld. Volharden de inwoners in de verwaarlozing van hun plicht, dan wordt de hele stad geëxcommuniceerd. De wereld wordt immers slechts in stand gehouden door de adem van de schoolkinderen. (2:2) Een gezond en sterk kind gaat pas naar school als hij z es jaar oud is. Een zwak kind een jaar later^ (...). De onderwijzer leert de hele dag en ook

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.