3
1. INLEIDING OP HET THEMA 'JOODSE TRADITIE ALS PERMANENT LEREN'
1.1. 'Education permanente' en permanent leren
Wat betekenen in de woordparen 'éducation permanente' en 'permanent leren' de woorden 'permanent', 'éducation' en 'leren'? Voor alle drie geldt dat ze slechts op mensen betrekking hebben. 'Permanent' wil dan zeggen: zo lang een mens leeft. 'Education' kan zowel een resultaat als een taak betekenen. De resultaatbetekenis heeft betrekking op de resultaten van opvoeding, vorming en onderwijs, de taakbetekenis op de taak van opvoeden, vormen, onderwijs geven, onderwijs ontvangen en studeren. In het kader van 'Education permanente' is de resultaatbetekenis weinig zinvol in verband juist met het permanente (zie ook 2. 3 en 2. 4).
Verschillende theoretici van 'éducation permanente' zijn bezig algemene begrippen te ontwikkelen die aansluiten bij alle vormen van onderwijs of opvoeding. Bovendien zou het wenselijk zijn als de gevonden begrippen toegepast zouden kunnen worden op alle culturen van de wereld. Dit vereist zowel internationale als interdisciplinaire samenwerking. Geen enkele deskundige kent immers alle vormen van onderwijs of opvoeding, laat staan alle culturen. Naar mijn mening moeten de genoemde theoretici, indien ze zich werkelijk zorgen maken over 'the quality of life of all people, no matter which part of the globe they inhabit'1 allereerst het persoonlijk aandeel van elk individu in zijn leren erkennen. Zeker, indien 'éducation permanente' bovenal gezien wordt als een middel om de hoogste vorm van 'self-realisation'^ te bereiken. Als ik dan ook over permanent leren spreek, leg ik de nadruk op de activiteit van de leerling en niet op die van de leraar of op het gegeven onderwijs. Ook 'leren' heeft, evenals 'éducation', een resultaatbetekenis en een taakbetekenis - bij permanent leren gaat het vooral om de laatste betekenis. De analyse die ik voorsta heeft zowel een feitelijk-historisch als een wense-lijk-utopisch karakter: Wat wilde het individu bereiken? Wat werd er bereikt? Wat leerde hij of zij? Dat de nadruk ligt op het individu en niet op geïnstitutionaliseerde leersituaties zoals bijvoorbeeld scholen en universiteiten, volgt logisch uit het ideaal van persoonlijke ' self-realisation'. In wat nu volgt zal ik onder 'leren' steeds de activiteit van de leerling verstaan, die door de leraar, als die er tenminste is, ondersteund en geactiveerd wordt. Zowel leerling als leraar hebben tot taak studie en het steeds verder studeren vorm te geven, mogelijk te maken en te stimuleren. Zodra leraar en leerling tegen-