bouwd was, waarover de Joden uit ons land zullen af-marcheren”.
..Storm”, het weekblad van de Nederlandse S S., was nog niet tevreden, de volledige deportatie der Joden was noodzakelijk, al het andere was en bleef geknoei! Deze uiting van de heidens-Germaanse ,.Storm” was niet een „onvrome” wens. Men wist in die kringen toen reeds, dat op 28 Juni de beide voorzitters van de Joodse Raad was medegedeeld, dat voortaan Joodse mannen, vrouwen en kinderen zouden worden gedeporteerd binnen het kader van de „Polizeilische Arbeitseinsatz”. Zij zouden in gezinsverband worden opgeroepen, in het bezit moeten zijn van een kampeeruitrusting en over het doorgangskamp Westerbork in Drente naar het buitenland worden vervoerd.
Waarom komt nu plotseling de deportatie-gedachte naar voren, welke op 14 Juni 1942 door den Commissaris-Generaal Schmidt werd ingeleid met de verklaring, „dat men niet rusten zal, voordat de laatste Jood uit Nederland verdreven is!”?
Drie dagen van te voren, de 11de Juni 1942, bracht de BBC in zijn Nederlands nieuws het bericht, dat „tussen de Britse, Amerikaanse en Russische regering volledige overeenstemming was bereikt betreffende de dringende taak, in de loop van 1942 een Tweede Front in Europa tot stand te brengen”. Churchill heeft later zelf onthuld, dat dit bericht een noodzakelijke krijgslist was, om, terwijl Engeland en Amerika nog minstens twee jaren nodig hadden ter voorbereiding van een West-Europees Tweede Front, Duitsland in de waan te brengen, dat het onmiddellijk voor de deur stond.
En de krijgslist slaagde. Een angststemming maakte zich van de Duitsers meester, omdat zij wasten, toen niet meer èn in het Oosten èn in het Westen tezelfdertijd met succes de strijd te kunnen volhouden. Een waarschuwing van 5 Augustus 1942 van Generaal Christiansen aan het Nederlandse volk bewijst, hoe het, door de Engelsen ge-ensceneerde, „zenuwoffensief” slaagde. De Generaal liet mededelen; „De vele woorden, die op het ogenblik vooral in de vijandelijke propaganda worden gewijd aan de oprichting van een „Tw'eede Front" aan de Europese westkust en vermoedelijk ook wel in Nederland en de hiermee door den vijand uitgesproken hoop, in dat geval op steun
89