Joodse handen. Behoeft het nog nadere mededeling, dat do bezettende overheid zich hierbij tevens het recht nam, indien zij het wenselijk achtte — en zij beschouwde dit reeds onmiddellijk als wenselijk — beheer en beschikking over deze bezittingen aan zich te trekken?
Deze bepaling had tengevolge, dat Joden, welke tot nu toe in hun eigen huizen hadden gewoond, óf in het vervolg zichzelf huur hadden te betalen óf aanzegging ontvingen, dat zij hun huis hadden te verlaten. Waar ging nu de verkoopsom van het onroerend goed of de huur naar toe? Daaromtrent was in een bepaling van 10 Augustus voorzien,
Den „Verwalter” van het oude bekende bankierskantoor Lippmann-Rosenthal & Co. was de opdracht gegeven in de Sarphatistraat in Amsterdam een filiaal op te richten. De verordening van 10 Augustus bepaalde, dat elk Joods bezit aan contanten en effecten — volgens een latere verordening ook aan diamanten, goud en zilver — bij Lippmann-Rosenthal & Co., Sarphatistraat, Amsterdam moest worden gedeporteerd. Oorspronkelijk mochten de Joden nog ƒ 1000.— vrij bezitten, doch spoedig werd dit bedrag tot ƒ250.— teruggebracht.
De bank nam zich het recht, zonder toestemming van den bezitter, de daar gedeponeerde effecten te verkopen, waarbij zij bovendien nog buiten elke proportie gelegen provisies berekende.
De onteigening greep met razende snelheid plaats, geheel in de lijn van de opvatting van de N.S.B.-ers in Nederland, die in hun pers schreven, dat de Joden even arm Nederland zouden verlaten als zij daar gekomen waren! Voorts zorgden de Nazi’s ervoor, dat de Joden niet slechts angst moesten hebben voor hun ecenomisch bestaan en hun bezit, de regie der Duitsers was tevens zó, dat hun slachtoffers elk ogenblik letterlijk doodsangst hadden uit te staan.
Zoals zij in Februari in de buurt van de Van Woustraat te Amsterdam een Joodse moordaanslag op Duitse militairen hadden geënsceneerd om daarna een razzia op Joodse jongens te beginnen, werd thans wederom hetzelfde spelletje opgevoerd. In een huis in de Schubert-straat te Amsterdam, waarin de „Luftwaffe” gevestigd was, vond tegen het einde van de maand Juni op een nacht een ontploffing plaats, welke waarschijnlijk maak-
77