tot vrede, nóch tot een wapenstilstand te komen.
En om op het einde van het eerste bezettingsjaar — de kunstzinnige Rijkscommissaris hield immers van artistieke citaten — te doen zien, dat ook thans „de toekomst hare schaduwen vooruit wierp”, liet hij zich door Mr. van Genechten, procureur-generaal bij het Haagse gerechtshof, eind April verzoeken, alle in Nederland woonachtige Joden in het Poolse reservaat te doen opnemen. Dat verlangden immers de „echte”, niet door de Joden opge-hitste en verleide Nederlanders. In dit teken stonden de laatste dagen van het eerste bezettingsjaar!
75