„diamantlijst” stonden, juweliers en enkele arbeiders uit de diamantindustrie, die tot dusverre in Amsterdam hadden mogen blijven, met hunne gezinnen naar Bergen-Belsen gedeporteerd.
De gemengd-gehuwden, die voor het grootste deel in de hoofdstad hadden mogen blijven, konden besluiten zich „vrijwillig” te laten steriliseren. Weigerden zij zulks, dan zouden zij naar Polen worden gedeporteerd. Slechts de vrouwen boven 50 jaar en de mannen boven 70 jaar werden niet voor deze keuze gesteld.
Toen in September 1944 de troepen der Geallieerden de Zuidelijke provincies van Nederland binnendrongen, werd ook Westerbork nagenoeg „judenrein”. De „Barnevelders”, die zowel van de bezettende overheid als van de heren Frederiks en Van Dam de verzekering hadden gekregen, dat zij nooit uit Nederland zouden worden gedeporteerd, werden naar Theresienstadt overgebracht. „Nood” breekt nu eenmaal wetten en beloften! Naar Theresienstadt werden tevens vervoerd de Portugese Joden van „Iberisch ras”.
En dan is ook het laatste bedrijf van de geschiedenis der Joden in Nederland uitgespeeld.
Dit verlaten van het land en hun geschiedenis daarin is op merkwaardige wijze door een gebeurtenis gesymboliseerd, welke de chaloetsiem, wien het gelukt is aan deportatie te ontkomen en Eretz Israël te bereiken, in het verslag hunner lotgevallen hebben geboekstaafd.
Drie en twintig hunner waren door een niet-Joods Nederlander, die zich geheel aan de ondergrondse beweging had gegeven, daarin voornamelijk zich tot taak had gesteld jonge Joden te redden en daarvoor zijn leven heeft opgeofferd, naar de Frans-Spaanse grens gebracht. In een vervallen hut aan de voet der Pyreneeën sprak hij hen, voor hij afscheid van hen nam, toe. Hij zeide: „Nog enkele dagen en uwe bevrijding is er; spoedig zult Gij een vrij land betreden en zal het uw taak zijn, Palestina op te bouwen tot een vaderland voor alle Joden ter wereld. Vergeet echter de arbeid van hen niet, door wie Gij in staat waart, de vrijheid te verkrijgen; hen, die hun leven gaven, opdat Gij uw doel zoudt kunnen bereiken. Vergeet dit alles niet!”
Daar, in dat Pyrenese voorgebergte, stond op dat ogenblik niet alleen Joop Westerweel, die Nederlandse held. In hem was het gehele Nederlandse volk, dat zo gepljnlg-
114