Zoekresultaat



Er zijn 72 resultaten gevonden met de zoekterm "saul van Messel":

Pagina: 12345678
(resultaat 41 - 50)

Jaap Meijer
Het geluid hing te trouwen

ga naar deze pagina

saul van messel

het geluid hing te trouwen

uitgeversmaatschappij hólland - haarlem


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

HOU VREMD IK BLIEF

SAUL VAN MESSEL JOODS DICHTER IN HET NEDERSAKSISCH

identiteit

mit aigen toal pertij aingoal vuilt wat ik schrief hou vremd ik blief

Pieter Jonker/Marga Kool/Adri Offenberg

Een uutgifte van de Stichting Stellingwarver Schrieversronte Oosterwoolde, 1985


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Inhoold

Pieter Jonker/Verantwoording Marga Kool/Schrieven aover Saul Pieter Jonker/ In gesprek mit de dichter Adri Offenberg/Bibliografie Pieter Jonker/Poëet in „aign” laand Saul van Messel/as ik noar röttem vlaig


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Pieter Jonker/Verantwoording

Inde winter van 1984/’85 zocht ik contact mit Saul van Messel. Niet zonder da’k d’r flink op ommestend hadde, schreef ik zo mar es naor Heemstede.

Uut de briefwisseling ontston een persoonlik contact. Uut dit contact ontston al gauw et plan tot een uutvoerig interview. Zó uutvoerig, dat ik et daenkbeeld opperde daoruut et geschrift saemen te stellen, dat de lezer hierbi’j as uutgifte van de Stichting Stellingwarver Schrieversronte prissenteerd wodt.

Et is de eerste van oonze publicaosies, die hielendal betrekking het op een dichter, die niet tot oons kleine Stellingwarver taelgebied heurt. Mar wel tot oons grotere, Nedersaksische. En dan hebben we et alliend nog mar over de tael.

Van Messels dichtwark onttrekt him ommes ok - en in eerste instaansie! - inhooldelik an de regionaole beparkings van oons min of meer ofsleuten tael-en literatuurgebied. Feitelik is hi’j iene van de weinigen van oons die een streektael bruukt om abstracte, wereldwiede gedaachten uut te drokken, die de greenzen van et regionaole an alle kaanten overschrieden. Die heur mit naeme concentreren op et joodse vraogstok, dat hi’j tussen 1940 en 1945 zo persoonlik ondervunnen het.

Et zuverst en uutvoerigst het Hans Werkman dit joods-literair verschiensel in et Grunnings ontleded. An zien beschouwings ontlien ik:

„Naar mijn mening is Van Messel uniek in zijn soms onthutsende dialect-beeldspraak. Mensen die denken dat dialect gereserveerd moet worden voor humoristische verhalen en gedichten, moeten Saul van Messel maar eens lezen. Vergelijkbaar met Achterbergs woordkracht („mijn moeder is een grijze vrijdagmorgen”) is Saul van Messels

- 7 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Marga Kool/Schrieven aover Saul

In dizze uutgave, een neie daod! De Grunnegse dichter Saul van Messel in vraoggesprek mit de Stellingwarver Pieter Jonker. Zo’n confrontatie is nei; het genre van het vraoggesprek in dialect is niet eerder beoefend in dizze vörm. En niet allent deur wat ezegd wördt, deur de maniere daorop dialect-poëzie en schrieverschop bespreekbaor wördt esteld, wördt dizze uutgave töt een grèensverleggend gebeuren. Nee, juust ok het feit, dat de notering mit grote vanzölfsprekend-heid in de taal van de vraogensteller gebeurt, is ingriepend en fundamenteel. Zoas een Engelse dichter in een Nederlaands vraoggesprek Nederlaands pröt, zo pröt de Grunneger Van Messel in dit interview Stellingwarfs.

Dat Pieter Jonker beslèuten hef as eerste Saul van Messel onder de loep te nemen liekt mij zeer terecht. Gienien van de schrievers die ik kenne binnen het Nedersaksisch taalgebied schref zozeer vanwege de poëzie, vanwege het schrieven zölf. Dichtend vanuut de veerte, döt hij gien enkele concessie an dienstverlenende of streektaal-propagandistische bedoelings. Wat betreft dizze holding ten opzichte van het streektaal-dichterschop kan Saul van Messel wellicht niet altied as nörm, mar wél as oens geweten fungeren.

En dizze dichter mag ik dan kört bij oe inleiden. De kaders van inleiding én van geschrift legt mij beparkings op. Het liefst zul ik schrieven aover Jaap Meijer, aover de veule tochten die ik mit hum en Lies emaakt heb deur Drenthe en de Veenkolonies. Aoveral herinnerings veur hum, aoveral (veural muzische) anknopingspunten, associaties: Klaus Groth, Brahms. „Walle Regen, walle nieder...”, ik heur het hum nog zachies zingen tussen De Pekel en Westerwolde. Misschien nog ies een onderwarp veur later?

In dit kader stiet de dichter centraal, die ik sober in wil leiden, mar wel principieel, as oenze dichter ondanks humzölf. Mar ik wil daor ok de naodrukkelijke vaststelling an verbienden, dat de mèens, de wetenschopper en de dichter niet lös te zien bint van mekaar. Ze bint mit mekaar vergruid, vult mekaar an, bint mekaars tegenpolen: exactheid tegenaover fantasie,

- 11 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

nochterheid tegenover droom en syndroom. Beide kaanten bint ofsplitsings van de man die mien kammeraod ewörden is op daglange autotochten. De kammeraod, die een aander aoverspuult mit zien levenskracht, zien muumakende vitaliteit. Ofsplitsings van de persoon die as Grunnegs jongchien opgruide in dat lege, kale laand, en die een gevuul van vervrömding, een mengeling van thuus - en niet thuus-weên, wel nooit zal verliezen.

Hij reist, mar de poëzie lig al op de loer. Het bezuuk an zien olderlijk huus an de Engelsestraot in Winschoten, het karkhof daorzien va begraven lig, koffiedrinken in Westerbörk, zuken naor verdwenen sjoelties in Beilen en in de Smilde. In de gedichten van Saul van Messel zal ik het vanneis beleven, op een aander plan, in een aandere taal.

Jaap Meijer ontkent zien dichterschop, zeg er gien bosschop an te hebben, gien weerde an te hechten. De gedichten koomt buten hum um, zege. Ikgeleuf daorniet an. Volgens mij nemp de dichter wraak. Zien mond zal het nooit zeggen, mar zien haand schref het op. Hij hef de taal van de Grunnegers edield, hef heur stad, heur tied edield, mar toen het erop ankwaamp hebt ze hum en zien volk as vrömden beschouwd. De wetenschopper, de persoon ontkent zaken as schuld, verraod. Cynisch ontmaskert hij vals sentiment bij aandern, mak grappen vol zölfspot. Mar in zien poëzie nemp e wraak. Niet deur te schrieven; daor is e gewoon dichter veur. Mar deur te schrieven in die taal, het Grunnegs, zoas gieniene dat veur hum hef edaone. Pruvend mit de mond van het kiend herkent hij de eigen klaank, het eigen geluud van die taal, en wendt dat an. Hij gebruukt heur instrument, bestredt heur mit heur eigen waopen.

Niet de concrete dingen bint daorbij meer van belang, de herinnering is allent een anleiding, het gevuul een vertrekpunt. Het Grunnegs ontsteg de „boersheid”, de beparktheid van de regionaliteit, en wördt taal. Wat deurklinkt naor de lezer, tussen alle navrante en macabere relativering deur, is het verdriet, het heimwee, dat universeel is, en onbegrèensd.

Schrieven aover Saul van Messel is schrieven aover een zwarver. Een reiziger tussen droom en warkelijkheid, tussen haope en teleurstelling, tussen westen en oosten, tussen vrogger en nou.....

- 12 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Enige literatuur over Saul van Messel

Algemeen oriënterend: Neveh Ja’akov / Opstellen aangeboden aan Dr. Jaap Meijer ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag. Onder redactie van Lea Dasberg en Jonathan N. Cohen, Assen 1982.

Over Saul van Messel (alfabetisch):

Jan Boer: 'n Nije dichter, 'n nij geluud in Nieuwsblad van het Noorden 28-12-1970.

P. J. van Leeuwen in Geschiedenis van de Groningse Literatuur, Scheemda 1984.

A. Sassen n.a.v. vrouger of loater in Cultureel Maandblad Groningen, september 1969.

Jan van der Vegt: Kanttekeningen bij drie kleine gedichten van Saul van Messel in hetzelfde tijdschrift, december 1969.

Hendrik de Vries in Kritiek als Credo, Den Haag 1980.

Hans Werkman: Saul van Messel/„Mien gedichten laagn zuneg” in Toal en 7a/Arert/Tiedschrift veur Grunneger Cultuur, september 1983.

- 59 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Adri Offenberg/ Bibliografie

van het afzonderlijk verschenen dichtwerk van SAUL VAN MESSEL

lied eines fahrenden gesellen

vannacht liep ik mee in een volksverhuizing wij zongen luidkeels liederen als dit:

geen dageraad tegen het duister bestand blijft de droom/ de droom ons vaderland


- 61 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

Inleiding

De wetenschappelijke en literaire productie van Dr. Jaap Meijer/Saul van Messel moet voor menige rechtgeaarde bibliograaf een bijna tergende uitdaging betekenen.


Toen hem ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag op 18 november 1982 een feestbundel werd aangeboden, was daarin een bibliografie van zijn geschriften uitsluitend op het gebied van de joodse wetenschap opgenomen, die destijds reeds 262 nummers besloeg. Inmiddels is dat aantal al weer sterk uitgebreid.

Maar het was duidelijk, dat er nog een uitgestrekt bibliografisch terrein braak lag. Daarom leek het een zinvolle gedachte, hem op zijn 71ste verjaardag, in 1983, als het ware een vervolg op de eerste bibliografie aan te bieden: een „ Voorlopige bibliografie van het afzonderlijk verschenen dichtwerk van Saul van Messel". Ditmaal in uiterst beperkte oplage: één met de hand geschreven exemplaar, bijzonder smaakvol gebrocheerd door Corretje Moed-van Walraven in turquoise en goud.

Nu deze lijst, ruim een jaar later, een wijdere verspreiding krijgt, bleek het uiteraard al weer nodig, aanvullingen aan te brengen, terwijl de gebruiker zich wél dient te realiseren, dat er nog heel wat ongebundelde, bijv. in tijdschriften verschenen poëzie op een bibliograaf - en dus op toekomstige lezers - ligt te wachten. Vaak ongesigneerd, en soms niet onder de naam van Saul van Messel, maar wie zou ook verwachten, dat dit werk zich makkelijk onder één noemer laat brengen?

- 62 -


Jaap Meijer
Hou vremd ik blief

ga naar deze pagina

de 10-punts Romanée van Van Krimpen en (...) gedrukt op de handpers in 36 ex.”

Die ons voorging. Een klein cyclus. (Gedichten).

Haarlem: De Tuinwijkpers 1969. -- 8°. Ongepag.

Colofon: „Voorde ouders van de jonggestorvene (Folkert Hendrik da Costa) werd deze kleine cyclus gechreven (...) Hij werd op de handpers gedrukt door C. van Dijk in 26 genummerde ex.”

Kaddisj. Een cyclus. (Gedichten).

Haarlem (:De Tuinwijkpers) 1969. -- 8°. Ongepag.

Colofon: „De verzen „Koopman 1922” en „Afscheid 1965” werden eerder gepubl. in de bundel „Het Beloofde Land”, uitg. van Het Wereldvenster, Baarn 1968. De overige gedichten verschijnen hier voor de eerste keer. De oplage bestaat uit slechts enkele ex., die zijn bestemd voor de dichter en enige van zijn vrienden...”

Sem Hartz. Een gedicht.

Haarlem: De Tuinwijkpers (1969). --smal 8°. Ongepag. Gevouwen blad in omslag.

Op de titelpag.: „Een samenzijn ten huize van Saul van Messel op 1 december 1968 ter gelegenheid van het verschijnen van de eerste bundel priapeeën inspireerde hem tot dit gedicht. Het werd door C. van Dijk op de handpers gedrukt in 36 (genummerde) exemplaren voor Sem Hartz’ zevenenvijftigste verjaardag, 28 januari 1969.”

Vrouger en loater. Gedichten.

Winschoten: Van der Veen 1969. — 8°. 30 p.

Twijspaalk. Mien bloasbaalk. (Gedichten)

Winschoten: Van der Veen 1970. — 8°. 42 p.


- 64 -


Pagina: 12345678
(resultaat 41 - 50)