dan is een ’terugvinden der broeders’ wellicht nog mogelijk.
Voor hem die niet gelooft dat elk volk een speciale taak en opdracht heeft en daarom, juist ter wille van een internationale volkenfamilie, eigen aard, taak en opdracht dient te bewaren, is er niets bijzonder aan deze feiten. Ieder die met mij gelooft in de aparte betekenis en de opdracht van het Joodse volk, treurt om de ondergang van een groot deel van ons volk — drie millioen? — twee millioen? — wie zal het met zekerheid zeggen? — die opgaan in de massa die geen naam heeft.
71