Amsterdam, die groote stad

(rijks) belastingen, de stedelijke belastingen of octroy, de vredegerechten (kantonrechters) en de Bijbelgenootschappen.

„Tot gerief der ingezetenen,” zoo deelt onze Wijkmeester mede, waren er „27 markten,” die hij volgenderwijze omschrijft:

„1. Den Dam; op dezelve werd voorheen boter, kaas, spek enz. verkogt, doch dit wierd afgeschaft en men vindt op dezelve, vooral in 1809, geen markt meer; eenige mandjes met duiven of vogeltjes, en kruiwagens met appelen of fruiten en koekjes worden somtijds op dezelve toegelaten;

2. de St. Anthonies of Nieuwe Markt; op dezelve is dagelijks markt van gemaakte klederen — oude en nieuwe — ijzerwerk en lappen; en op de jaarlijksche kermis komt op dezelve een reij kramen te staan;

3. de Reguliers of Botermarkt; ’s Maandags werd hier boter en kaas verkogt, ook hoenders en duiven op de zoogenaamde Kippenmarkt (ook Kippenhoek genoemd, tusschen Amstel-en Utrechtschestraat); de andere dagen der week houd men aldaar markt van galanteriewaren, ijzerwerk en andere goederen; op de kermis staan op deze markt de Spelen van Koorddansers enz.; van deze worden dan ook op ⁵t

4. Amstelveld geplaatst, alwaar dan mede veele poffertjes- en koekkramen, gelijk ook draaischuitjes zich bevinden; doch slechts is dit maar eenmaal ’s jaars, op de Kermis;

5. Westermarkt; op deze is des Maandags de Mandenmarkt en op de Jaarmarkten stonden daar de bijouterie, galanterie, mode en andere kramen, doch nu, bij mindere handel, alleen op de Kermis;

6. de Noordermarkt; op dezelve worden alleen des Maandags oude klederen, beddegoed, lappen enz. verkocht;

7. de Heerenmarkt; op de Kermis staan daar alleen eenige poffertjeskramen op dezelve;

8. de Ossenmarkt aan de Utrechtsche Poort (Frederiksplein), waarop weeklijks ossen, koeijen, kalveren en schapen verkocht werden;

9. de Varkenmarkt, mede aan de Utrechtsche Poort, op welke magere en vette varkens verkogt worden;

10. de Groote Vischmarkt op den Dam (waar later de Beurs stond) op welke daaglijks allerleij zeevisch verkocht wordt;

11. de Kleine Vischmarkt was tot het jaar 1829 aan de Haarlemmersluis, doch is te niet gedaan;

12. de Boerenvischmarkt in de Nes (het pleintje bij het Girokantoor), op welke alleen riviervisch als snoek, aal en baars verkocht word;

13. de Koorenmarkt, is op het Water (Damrak), op de Koorenbeurs, alwaar alderleij granen verhandelt worden;

56