Het Joodse vraagstuk

Titel
Het Joodse vraagstuk

Jaar
1946

Pagina's
200



verkeren, dus met een eigenmachtige en gemakzuchtige selectie, die de eigenlijke collectieve conflictstof altijd vereenvoudigd, en doorgaans vervalst, weerspiegelt. Wat hiervoor nodig is, is een geoefende collectieve blik, een visie op het eigen geheel en een observatie van de eigen collectieve gevoelens, gedachten en gedragingen, die even geduldig en nuchter verloopt als dat bij de individuele situatie vereist is. Wij leven in een wereld, die wel collectief bestaat onder de drang der omstandigheden, maar die in collectief bewustzijn ver achtergebleven is bij de feitelijke ontwikkeling. Aan een verschijnsel als het antisemitisme kan die situatie plotseling aan het daglicht treden. Als een nationale samenleving haar vuil ineens uitspuwt over een figuur, die als zondebok dient, dan blijkt wat er ondergronds leefde. Onverteerde brokken zelfbeklag, onmacht, angst, nijd tegen zichzelf, wrevel over het bereikte peil, onvastheid van moraal, voze fundering, hunkering naar een goed plaatsje aan de ruif, geremdheid in methode, verbeten trots, begeerde grootheid, imperiale dromen, ressentiment van allerlei aard.... het was blijkbaar alles aanwezig. Nu wordt het bruusk en ruw naar buiten geworpen op een manier die het eigen ik schijnbaar niet bezoedelt, ja eerder nog schoonwast van „vreemde” smetten.

In het symbool, dat in het antisemitisme optreedt, blijkt de Jood derhalve de demonische figuur te zijn, de tegenhanger van een heldenfiguur of andere lichtende gestalte. Bij Alfred Rosenberg is deze held de „nordische mens”. Samen vormen die beide het psychische geheel, dat symboolwaarde heeft. Het eigenaardige aan de Joodse demonfiguur is nu, dat ze concreet-menselijk van gedaante is en onmiddellijk geassocieerd wordt met een bepaalde groep mensen, die men als element van zijn eigen samenleving kent. In dat opzicht is de Jood nog veel meer bepaald en onderscheiden dan bijv. de heks. Een bepaalde mensensoort als geheel, met wie men verkeert en die men kent, wordt als zodanig tot symbool met negatieve waarde. De Jood is de geïncorporeerde antithese tegenover de gestelde en beleden these, die de betrokken gemeenschap beheerst. Tussen beide delen der tegenstelling

38

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.