Tintelingen

Titel
Tintelingen

Jaar
1922

Pagina's
71



OP EEN REGENDAG.

’n Mannetje in den regen liep Met * fijne waar” te venten.

En hoe z’n schorre stem ook riep. Hij beurde weinig centen.

Hij was zoo moe, hij was zoo nat, En ’t gaf zoo’n bitter schijntje, dat In den regen venten.

’n Agentje in den regen stond,

Van helm liep een straaltje.

Hij koekeloerde naarstig rond En maakte een verhaaltje.

Hij was zoo kwaad hij was zoo nat. Hij had de macht, wie doet je wat? Hier eindigt m’n verhaaltje.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.