„SOCIALE STUDIËN”.
Zij heeft geflirt,
Verliefd gekird,
Getennist naar behooren.
Ging vaak op reis,
Werd wereld-wijs —
Niets kon haar meer bekoren. Maar ’t werd te zot,
Het overschot
In hare tijdsverdeeling —
Nu bestudeert
Zij zeer geleerd
Den Arbeid uit verveling!