KOLONIST.
Een fluweelen broekje,
Een gebatikt doekje,
Buisje boven dicht,
Bar verwaand gezicht. Kinnetje met groeisel, Groote-gaten-schoeisel, Kauwt kersouse-nootjes, Hapt in rauwe krootjes, Knabbelt sport-beschuitjes, Pruimt op groene spruitjes. Zeurt van Reiner Leven, Kletst van Ethisch-streven. Luistert vol verbaasdheid Naar z’n eigen dwaasheid . . . Akelige kwallen,
Losgelaten mallen.