Vaderland in den vreemde - Joodse balladen uit Groningerland

joekels

als men een verwoeste synagoge ziet zegt men: baroech dajan ha-emmet = geloofd zijt gij, rechter der rechtvaardigheid

als men een verwoeste synagoge ziet die herbouwd is zegt men: baroech matsiew gewoel = geloofd zijt gij, die de grens van de weduwe (= israël) herstelt

aan de langestraat op de mulo gezeten heeft niemand als ik een verleden gevoeld waarvan iedere heugenis welhaast is vergeten daar stond eens de oude winschoter sjoel

naar het cheider aldaar droegen kinder zelf turven mijn opoe heeft het mij eerlijk verteld wie trouwens zou zoiets loochenen durven mijn verzen zijn rechtstreeks uit veengrond geweld

toen de sjoel te klein werd / welke werd niet te groot was er simche in het leven van een winschoter jood de dag van de chinoeg dacht niemand aan sgoure gevochten werd enkel om een mooi seifer toure

er waren er vijf - maar wel vijfhonderd joden voor ieder golden dezelfde geboden gibbourem (stoere kerels) onhandsoam mor teer bereid tot het uiterst’ op het slachtveld van eer

maar de psak van de rebbe sprak tot allemaal: de toure wordt verhoesd deur hail ons kaal

zo droegen ze de sforem achter elkander om beurten de een om beurten de ander noar bosstroade tou noar splinternije sjoel baroech dajan ha-emmet / nooit meer matsiew gewoel

3i