Christelijke Vakaktie in Theorie en Praktijk

Titel
Christelijke Vakaktie in Theorie en Praktijk

Jaar
1903

Pagina's
28



9

IV.

De moderne christelijke vakvereenigingen in Duitschland onderscheiden zich van de oudere, die indertijd zijn gesticht op initiatief van den bisschop Von Ketteler daardoor, dat zij op „intercofessioneele” basis staan, d. w. z. dat zij ook niet-Katholieken, bijv. ook protestanten in zich opnemen. Men had n.1. in sommige oorden de -ervaring opgedaan, dat organisaties van alléén-katholieke arbeiders niet veel kans van slagen hadden. Maar de meesten zijn overwegend Katholiek en confessioneel, d. w. z. het zijn godsdienstige vak-vereenigingen. Uitgezonderd de reeds genoemde evangelische bond van tegelbakkers, en de met zeer sterke protestantsche elementen vervulde vakvereeniging der Siegerlander mijnwerkers, mogen de overigen als Katholiek-clericaal worden beschouwd. Het feitelijk leidende orgaan is de West-Deutsche Arbeiter-Zeitung, het blad van de „Volksverein für das Katholische Deutschland”, welker zetel is gevestigd teMünchen-Gladbach. In deze plaats woont de gansche generale staf van kapelaans en geestelijken, die de kerkelijke leiding heeft van de christelijke arbeidersaktie. Daar wonen de heeren Pieper, llrauns, Muller, Kohn e. a. Men noemt de richting der intercoffessioneele, d. w. z. niet op den bodem van één enkele geloofsbelijdenis staande vakvereenigingen, de München-Gladbacher richting, in tegenoverstelling tot de meer ouder-wetsche, die de katholieke schapen zelfs voor een besmetting met Protestantsche bokken wil behoeden.

In hoeverre nu deze richting iets werkelijks vermocht uit te richten, zal hier wel nader blijken. Wat haar wezenlijke kracht aangaat, is het moeielijk er iets schitterends van te zeggen. Op den voorgrond kan hier worden gezegd, dat de cijfers, die men van deze zijde geeft, hoogst onbetrouwbaar zijn. Eigenlijk officieel maakt geen enkele der katholieke vakbonden zijn ledental publiek. Wat men daaromtrent in den • regel ervaart, zijn cijfers in de katholieke Centrumpers, waar natuurlijk dan stevig wordt opgehakt over het „succes” enz. Naar het dan luidde, hadden de Katholieke vakverbonden, gezamenlijk 23 in getal, in 1899 102.590 leden, natuurlijk „eere”- en andere „leden” hierbij inbegrepen. Aan het einde van 1901 zouden zij „ongeveer” 160.000 leden hebben omvat, terwijl men terzelfdertijd in de Centrumspers van een getal van 160.000 of „ook wel,” van 200.000 kon lezen. Veel vaststaands is er dus niet.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.