Karl Marx en zijne voorgangers

Titel
Karl Marx en zijne voorgangers

Jaar
1902

Overig
Serie: De groote denkers der eeuwen ......

Pagina's
300



208

Men moet bij de beoordeeling van deze waarde-theorie zich hoeden voor vergissingen. Marx zelf wees hierop reeds. Een dier voornaamste is wel de verwisseling van waarde met rijkdom. De waarde, zegt Marx duidelijk, is eene historische categorie, slechts geldig voor de periode van de warenproduktie; zij is eene maatschappelijke verhouding. De rijkdom daarentegen, is iets stoffelijks en wordt samengesteld uit gebruikswaarden. „Arbeid”, zegt Marx „is niet de eenige bron der door hem voortgebracht gebruikswaarden voor den stoffelijken rijkdom. De arbeid is zijn vader, gelijk William Petty zegt de aarde zijn moeder is!”

DE WAAR: ARBEIDSKRACHT.

Zooals de voortbrenging der waren verschilt in de eene maatschappelijke periode met die van de andere, zoo zal ook die van den voortbrenger daarvan verschillend moeten zijn in de verschillende produktietijdvakken.

Zoo was de positie van den voortbrenger, den arbeider, een geheel andere in de periode van de oorspronkelijke naturalwirtli-schaft, dan in die van het feodale Handwerk voor den engeren markt; in die van de Manufaktuur anders dan onder die van de heerschappij der op kapitalistische leest geschoeide fabriek of der kapitalistische huis-industrie.

Onder dit kapilalistich systeem nu, dat waarin den arbeider gescheiden is -van het produkt, dat noch hem toebehoort, noch hem ten goede komt, maar den ondernemer, den bezitter, kan men ten zijnen opzichte niet spreken van zijn arbeid, maar van de geschiktheid die hem eigen is om te arbeiden. Hij is niet de man van den arbeid, die behoort zijnen meester, maar alleen de bezitter van de arbeidskracht. „Onder arbeidskracht of arbeidsvermogen”, zegt Marx, „verstaan wij, het totaal physieke en geestelijke geschikte, dat in de lichamelijkheid van de levende persoonlijkheid eens menschen bestaat en dat hij in beweging brengt zoodra hij gebruiksnuttigheden van welken soort vervaardigt.”----

Deze arbeidskracht komt als een zuivere Waar aan de markt. Wat beteekent dat? De ruil der waren in het algemeen heeft tot voorwaarde, dat de bezitters tegenover elkander komen te staan als vrije menschen. Datzelfde moet dus óók kunnen gelden voor den bezitter van die waar welke arbeidskracht heet.

De bezitter dezer waar moet dus ook een vrij man zijn, die zijn waar niet voor eeuwig maar voor een bepaalden tijd verkoopt,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.