Karl Marx en zijne voorgangers

Titel
Karl Marx en zijne voorgangers

Jaar
1902

Overig
Serie: De groote denkers der eeuwen ......

Pagina's
300



166

der bourgeoisie slechts kunnen voortbrengen, onder voortgezette vernietiging van den rijkdom der leden dezer klasse individueel en onder de voortbrenging van een steeds aangroeiend proletariaat.”

„Hoe meer den toestand dezer tegenstellingen naar den voorgrond treedt, des te meer geraken de economen, de wetenschappelijke vertegenwoordigers van de burgerlijke produktiewijze, met hunne eigene theorieën in tegenspraak en vandaar de verschillende scholen die er onder hen bestaan.

Wij hebben de Fatalistische economen, die in hunne theorie evenzoo onverschillig zijn tegenover datgene, wat zij de euvelen van de burgerlijke produktiewijze noemen, als de bourgeois-zelf in de praktijk dat is tegenover het lijden van den proletariër, die hem aan het verzamelen van zijn rijkdommen geholpen heeft. Zij onderscheiden zich in klassieken en romantieken. De Klassieken, zooals Adam Smith en Ricardo, vertegenwoordigen eene bourgeoisie, die nog in strijd is met de resten van de feodale maatschappij en die slechts hieraan arbeidt, de economische verhoudingen van de feodale smetten te zuiveren; de produktiekrach-ten te vermeerderen en der industrie en den handel nieuwe drijfkrachten te verschaffen. Het aan deze kampen deelnemende proletariaat kent, door dezen koortsachtigen arbeid in beslag genomen, slechts voorbijgaand en toevallig lijden, beschouwt hetzelve ook als zoodanig. De economen gelijk Adam Smith en Ricardo, welke de geschiedkundigen dezer periode zijn, hebben bloot de missie te bewijzen hoe de rijkdom onder de verhoudingen der burgerlijke produktie verworven werd; deze verhoudingen in categorieën, in wetten te formuleeren en aan te toonen, in hoeverre deze wetten, deze categorieën voor de produktie van den rijkdommen voortreffelijker zijn, dan de categorieën der feodale samenleving. De ellende is in hunne oogen slechts de smart, die met elke geboorte gepaard gaat, zoowel in de natuur als in de industrie.

De Romantieken behooren tot onze periode, die waarin de bourgeoisie zich in eene direkte tegenstelling bevindt met het proletariaat; die waarin de ellende in een even zoo groote mate aangroeit als de rijkdom. De economen doen zich daarin voor als geblaseerde fatalisten, en werpen, van uit de hoogte van hun standpunt een trotschen blik van verachting op de menschelijke machines, die dien rijkdom voortbrengen. Zij herhalen alle de door hunne voorgangers gegeven uiteenzettingen, maar de onverschilligheid, die bij dezen naïviteit was, is bij hen tot koketterie geworden.

„Komt alsnu de Humanitaire school aan de beurt, welke zich

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.