ferme.” De filmoperateurs twistten om de eenig juiste plaats voor hun toestel die tevens de eenig juiste plaats was voor een ander, maar kwamen na de wisseling van sigaretten tot een compromis.
Toen knalden van verre de vreugdeschoten en terwijl de lange gestalte van Lord Tyne in den golvenden fluweelen mantel langs het voorplein schreed, noteerden de reporters: Galakleedij van den Kousenband. Maar de filmoperateurs richtten hun toestel naar de andere zijde en wachtten op Zijne Koninklijke Hoogheid.
De glimmendzwarte auto's reden voor, een hupsche jonge man steeg uit. Persfotografen en filmoperateurs kwamen in beweging. Het vriendelijk jongmensch keerde zich naar links en naar rechts, lachte zijn aangenaam lachje naar beide zijden en wuifde ten slotte joviaal in de lenzen der filmoperateurs. Zoo zou hij dienzelfden avond joviaal wuiven naar honderdduizenden Engelsche bioscoopbezoekers.
Onder Harton's Strijdenden Zwaan stond Frederiek Howard Earl of Tyne en zag neer op den zoon van zijn Souverein.
Twee schreden achter zijn grafelijken oom stond de Zeer Achtenswaardige Alfred Josiah Harton, gloednieuw lid van het Lagerhuis, en wisselde gegeneerd een verholen glimlachje met iemand uit het publiek.
» «
*
Toen de groote halklok op den avond van zijn tachtig-sten verjaardag tien slagen galmde, wist Lord Tyne dat zijn tijd voorbij was.
28