De wonderbare genezing

Titel
De wonderbare genezing

Jaar
1929

Druk
1929

Overig
1ed 1929

Pagina's
144



Heeft moeder me al die jaren niet een beetje erg voor zich alleen gehouden?

H oe komt het toch, dat ik zoo moe ben? zoo wee van moeheid, dat ik maar een beetje speel met mijn vulpen en niets meer wil opschrijven?

Natuurlijk, ik slaap slecht, daar komt het van. Ze zijn een beetje onrustig zoo vlak naast me, de nieuwe buren. Och, zooals jonge menschen zijn.

Ik zal er wel aan wennen.

Gezien heb ik ze nog niet, ik ga 's morgens zoo vroeg weg. En zij eten buitenshuis. Maar ik zal Zondag een visite bij ze maken, dat doe je toch bij nieuwe buren. Toen de Buenincks naast ons kwamen wonen, is moeder er ook het eerst naar toegegaan. We hebben heel aardige vrienden aan ze gehad, voor moeder.

27 October.

Ik verwachtte natuurlijk niet, dat dit vrienden voor mij zouden worden. Maar ik was nieuwsgierig. Ja, het staat er nu en het is ook zoo. Nieuwsgierig. Ik wilde ze zien. Omdat ik zooveel van ze weet, omdat ik ze hoor aan de andere zijde van den wand.

Toen ik voor hun deur stond, durfde ik eerst niet kloppen. Eigenlijk had ik belet moeten laten vragen. Maar ik stond er nu eenmaal, met mijn hoed op en handschoenen aan.

Ik kwam ook niet gelegen. Of misschien lag het aan mij. Maar er hoorde geen derde in die kamer. Het rook er zoo zoet en zij was nog in haar peignoir. O, ze is








Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.