En toch leefden wij

Titel
En toch leefden wij

Jaar
2015

Pagina's
235



bestemde Joden. Mijn zus Ruth en ik konden tegen de ochtend dankzij ons uniform van de crèche de Schouwburg ontvluchten naar de overkant, de Joodse crèche waar wij beiden toen werkten. Ruth kwam later die ochtend officieel vrij op haar crè-chestempel (tijdelijke waarborg voor immuniteit van transport naar een kamp), mijn persoonsbewijs werd met gevaar voor eigen leven door Walter Süskind ’s avonds uit de kaartenbak in de Schouwburg gelicht. Omdat ik nog geen 16 jaar was, viel ik automatisch onder vaders stempel van de N.V. Oxyde, dat voor mijn vader en zijn gezin de vorige nacht ongeldig was geworden.

Mijn beide grootmoeders werden die woensdagavond nog naar het Durchgangslager Westerbork getransporteerd, mijn ouders als ‘gunst’ van de Duitse beheerder van de N.V. Oxyde de volgende avond naar het zg. werkkamp Vught. De ‘gunst’ bestond eruit dat mijn ouders boven de leeftijd voor het zg. werkkamp waren en dus ook voor het Durchgangslager Westerbork bestemd waren.

Eva, mijn oudste zuster, kwam pas vrijdag vrij op het stempel van haar echtgenoot, die als stoker in de Joodse Invalide werkte.

Door mijn vriendschap met Hertha Wohlfarth - zij en haar man waren eigenlijk vrienden van mijn ouders ofschoon een stuk jonger dan deze - had ik in het najaar van 1942 Jo Vis leren kennen. Hertha en Siegfried Wohlfarth waren door zijn bemiddeling als Len en Sim al in september 1942 ondergedoken op een kamer in Haarlem. Doris, hun dochtertje van bijna vijf jaar, bij een kinderloze zuster en zwager van Jo in de Zaanstreek. Om de eentonigheid van het 24 uur in een kamer ‘opgesloten’ zitten wat te doorbreken had Len aan Jo gevraagd of ze tenminste mij - wij waren in de zomer van 1942 hecht bevriend geraakt - kon schrijven. Hij stemde toe mits hij als brievenbezorger mocht fungeren om het risico van de postcensuur te omzeilen. En zo verscheen hij op een ochtend in oktober 1942 als totaal onbekende bij ons thuis. Moeder en ik waren alleen en al na het eerste kopje echte koffie, voor de eregast gezet, was het ijs gebroken. Voortaan kwam Jo, die in Amstelveen woonde en in Amsterdam werkte, zo eens per maand op de fiets bij ons thuis voor de uitwisseling van onze wederzijdse brieven. Al gauw begon hij mijn moeder te polsen of wij, i.e. ons hele gezin, niet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.