En toch leefden wij

Titel
En toch leefden wij

Jaar
2015

Pagina's
235



niet kon overzien, bedenkt ze nog dat haar pleegzusje, Marijkes zuster, op de hoogte moet worden gebracht van het gebeurde. Aan de ene kant gedreven door de behoefte om troost bij mij te zoeken, aan de andere kant door de drang mij te behoeden voor de mogelijke gevolgen van deze overval was ze naar mij toegekomen. En ik, inwendig ten prooi aan verbijstering en wanhoop, probeerde haar zoveel mogelijk gerust te stellen. Voor ze wegging, drukte ik haar op het hart voorlopig niet meer bij Kees en Tine aan te gaan. “Maak je geen zorgen om mij, Rietje. Als Kees thuiskomt, zullen wij bespreken wat ik moet doen. Hoe dan ook hoor je van mij zodra het mogelijk is.” Toen ik wat later, plotseling ‘genezen’, aan Kees en Tine verslag uitbracht, sloeg de schrik hun om het hart. Het was ook te erg. Wat nu met mij? Ik had beklemmende visioenen dat ze Eva fysiek een bekentenis van onze verblijfplaats zouden proberen af te dwingen. Ruths adres wist ze gelukkig niet al was ze een paar keer bij haar op bezoek geweest. Maar het mijne? Om mijzelf, om Tine, Kees en Ida moest ik onverwijld het huis uit. Na enig wikken en wegen was Kees het daarmee eens. Maar waar naar toe op stel en sprong, zonder ‘uitnodiging,’ zonder waarschuwing vooraf? Terwijl wij daarover aan het beraadslagen waren, verscheen, o schrik, zwagerlief ‘out of the blue’ en in alle staten. Waar kwam die nu weer vandaan? Wie in ‘s hemelsnaam had hem mijn adres verklapt? Bij ons afscheid zondag, nog maar enkele dagen geleden, ging ik ervan uit dat hij linea recta naar zijn onderduikadres in Den Haag zou terugkeren. Volgens zijn relaas had hij een paar dagen bij Nel en Leen mogen logeren om Eva nog een keer te kunnen opzoeken. Toen hij dat een paar uur geleden wou doen, werd hij door een onbekende voor huize Vis weggestuurd: het schikte nu niet. Wim hield vol (daar was-ie groot in) dat hij was uitgenodigd; de vreemdeling bleef onvermurwbaar. Met schemerdonker herhaalde hij zijn zichzelf opgelegde missie. Deze keer trof hij voor de deur van No. 50 twee agenten in uniform, die hem correct maar kordaat afpoeierden. Dié boodschap kwam aan. Met de ongelukstijding van het door politie bewaakte huis haastte hij zich terug naar Nel en Leen. Onder het mom van mij persoonlijk te willen waarschuwen haalde hij de ontstelde Nel over hem mijn schuiladres toe te vertrouwen. Kees en Tine hingen argeloos - hoe kon het anders - aan zijn lippen. Voor mijn wantrouwend gespitste oren verried

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.