En toch leefden wij

Titel
En toch leefden wij

Jaar
2015

Pagina's
235



het goed zal worden, dat ik mijzelf haast voor gek uitscheld. Maar ja, je kan aan je gevoelens toch niets doen. Ik was donderdag bij Marijke en ze is nog zoals ze steeds was, alleen een beetje dunner en een beetje minder zelfbewust. Ze is, zoals Ag. het ook ’s avonds tegen mij zei, feitelijk een zielig figuurtje, dat volgens mij helemaal niet in het leven staat, maar ergens in een eigen sfeer zweeft, die haar alle gewone dingen in een ongewoon licht doet zien. Ze was dolblij met mij en wij hadden een reuze gezellige middag op haar kamertje, waar slechts een tafeltje met boeken en vertrouwde foto’s en een stoel staan. Ik hoop van harte dat zij zich er doorheen slaat en zou haar o zo graag helpen, want ze is tenslotte nog altijd ons kindvrouwtje (geboren 21 november 1921). Ik heb Ag. voorgesteld met haar te ruilen, wat mij heus niet makkelijk viel, maar Jo wil het niet. De kinderen zijn verschrikkelijk, daarbij vergeleken zijn die van Jenny schatten, ook wat opvoeding betreft. Maar de mensen zijn volgens zus heel aardig tegen haar, hoewel ik er eerlijk gezegd beslist niet zou willen zijn. Ze moet ontzettend hard werken en mevrouw is niet al te tevreden over haar. Maar ik hoop dat dat tenminste langzamerhand wel komt. Ze leeft, echt zus, nog helemaal in het verleden en idealiseert ons ouderlijk huis op een overdreven, sentimentele wijze. Ze zegt zelf dat ze meer heimwee naar de oudjes dan naar Wim heeft. Wim heeft haar voor haar trouwdag een salbungsvolle (zalvende) brief geschreven met veel Firlefanz (nonsens) van dat dit jaar niet voor niks was en de scheiding niet voor niks enz. enz. Ze heeft helemaal geen steun aan hem en volgens haar eigen woorden zijn Jo en Ag. haar grootste stuwkracht en zou ze zonder hen niet verder kunnen, wat ik heel naar voor haar vind. Want tenslotte kan je je leven niet van twee mensen, en dan nog vreemden, afhankelijk laten zijn. Schrijf haar maar veel, zusje, op jouw lieve manier, ze zou jou ook zo vreselijk graag eens zien. Weetje dat ze mij haast niet herkende. Ze zegt, omdat ik zo gegroeid ben, een stuk langer dan zijzelf en ze dacht helemaal niet dat ik haar kleine zusje was. Ik lijk naast haar ook werkelijk nog dikker, hoewel ik hier gelukkig al wat afgevallen ben. (Thuis at ik allang geen aardappels meer omwille van mijn lijn. Bij Jenny at ik alles, omdat er nauwelijks voedingswaarde aan te pas mocht komen en ik daardoor steeds honger had. Agaath daarentegen kookte verstandig én lekker). (...) Ag. vertelde dat ik bijLen en Sim (in Haarlem) in betrekking

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.