Mieke van 'De Klaproos'

Titel
Mieke van 'De Klaproos'

Jaar
1933

Pagina's
194



„Oe hoe!”

Nini schrok op uit het boek, dat ze aan het lezen was en keek regelrecht in de lachende oogen van Mieke Klarenbeek, die voor het raam stond.

„Mag ik binnen komen?”

Nini snelde naar de deur om haar open te doen.

„Wat gezellig, dat je komt,” zei ze blij. ,,’t Is zoo’n grauwe winterdag en ik zit in m’n dooie eentje.”

„Is meneer er dan niet?” vroeg Mieke en haar oogen zwierven door de kamer.

„Meneer is heerlijk aan het werk en dan zie je ’m in geen velden of wegen.”

„Wat fijn, dat meneer weer zoo goed is.”

Hartelijk zei ze het, maar Nini begreep er uit, dat haar duizendpootje niet gezwegen had.

„Gezellig is het hier,” vond Mieke en ze nestelde zich op een paar kussens op den grond.

„Jij zit geloof ik, graag aan iemand’s voeten,” zei Nini. „Hangt van de voeten af,” lachte Mieke. „Maar ’t is zoo, ik hok graag op den grond. Vader trouwens ook. We vechten altijd om de lekkerste kussens.”

„Dat heb ik gezien.”

„O, ja, op dien beruchten morgen.’

„Een morgen, dien ik niet licht vergeten zal. Weet je, Mieke, toen we thuis kwamen, componeerde mijn man een mooie ballade geïnspireerd op,” ze had bijna gezegd: op jouw frissche zonnigheid, je vogelzang, maar ze bedacht, dat het niet verstandig zou zijn en liet er op volgen: „op dien heerlijken wintermorgen op de hei.”

Mieke van de Klaproos.    3

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.