Tegen de dwang (verhalen)

Titel
Tegen de dwang (verhalen)

Jaar
1907

Druk
1981

Overig
herdr 1981

Pagina's
248



der van beklemming. Want nu was de klas helemaal 'n gevangenis, bond niets hem meer aan 't blije buiten, met 't paardje in de zonnige wei, met de lichte straten, waar nu de grote mensen liepen te wandelen, of 'r geen school was.

Wat leek 't nu duister hier binnen die gesloten gordijnen en wat kil ook voelde inenen die schaduw, na de warme kieteling der zon. Hij huiverde erin. 't Blad van z'n bank, zo even glanzend bruin in 't licht, was nu koud-blauwig overschaduwd met enkele matte, koele glimplekken en de inkt in z'n potje, waarin tevoren een lichtje als 'n sterretje had getinteld, dofzwart en groezel.

De meester was weer voor de klasse terug en beval op z'n kortaffe manier, met z'n droge stem: 'stilte... boeken vóór...'

Blij-haastig legden ze nu allemaal 't nieuwe boekje open, dat aan de witte binnenkant van z'n omslag smalle randjes liet zien van 't verse, nog zindelijke, bruine kaft en ze leien de vinger of'n stompe griffel-'n scherpe mocht niet, om 't doorkrassen-braaf bij de beginregel, of braver nog, bij 't opschrift van vette letters.

O waarom, dacht 't jongetje weer, waren ze nu allemaal zo blij... en hij alleen zo bang, zo droevig... Ach, 't was alles om dat woord... om dat éne vreselijke woord... Had de meneer, die 't boekje maakte, 'r dat toch maar uitgelaten. Hij keek de vier rijen af, met de kinderen twee aan twee in de bruine banken... en 't befilosoferen, dat al die open boekjes er net 't zelfde lagen, en er net 't zelfde uitzagen, leidde z'n gedachtetjes weer 'n ogenblik af.

Maar dan ving 'm inenen de stilte. Wat was 't stil geworden. Viel 'r niets te verbieden?

Zouden ze nu beginnen?

Kil zweet omparelde z'n neusje en z'n buik bonsde zo pijnlijk nu, dat 't 'm even op 't denkbeeld bracht, te vragen, of hij zich mocht verwijderen. En dan wegblijven... tot 't lesje uit was. Doch onder 't eerste bedenken voelde hij al wel, dat 't immers maar loze fantasie was, lege blijmakerij van zich zelf. 't Ging immers niet. Vast-al niet, omdat je nooit mocht, 't eerste uur... en dan hij, die al 'n afkeuring had... en als je wat lang wegbleef, kwam de meester kijken. En hij was zich halfbewust, dat-ie 't alleen had gedacht, om zich even te kunnen kneuteren in de voorstelling van de mogelijkheid... vooraf

18

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.