Heleen, een vroege winter

Titel
Heleen, een vroege winter

Jaar
1913

Druk
1913

Overig
1ed 1913

Pagina's
311



214

deed, ze heette zichzelf een dwazen fantast, worstelend en lijdend en zichzelf kastijdend om hersenschimmen van ״rechtvaardigheid" waar anderen onbekommerd zonder leefden —, en ze kwelde zich tegelijkertijd met die andere, diepere, nooit-uitgesproken zekerheid dat ze met dat alles tegenover geen enkel kwaad, tegenover geen enkel bederf ook maar eenig waarachtig bolwerk bezat, — want nimmer misleidde haar de schoone illusie van een Vrijen Wil —, maar was er een Vriendschap in haar leven en een Vriend, dan sloeg alles om: elke daad had richting naar een doel, elke verloochening vond belooning in zich-zelf en het waarachtig bolwerk tegen kwaad en bederf bestond nu wel en heette voor haar als voor elkeen, liefde en vrees te zamen.

Doch het hield geen stand, want haar vrienden vorderden veel, behalve juist de verwerkelijking van eenig „ideaal," en prezen haar voor allerlei, behalve voor wat zijzelf waardevol achtte —, ongerekend degenen, voor wie liefde beuzelarij en tijdverdrijf was — zoodat ze veel illusies bouwde en veel teleurstelling leed, en toch altijd zoeken bleef en iederen keer weer onverdroten hoopte.

Dat zoeken en uitzien naar den man, die behalve vriend en jongen, geweten en wereld voor haar belichamen zou, had haar glanzende oogen dien sterken, gretigen blik gegeven, welke de menschen opmerkten en naar eigen aard en verstand verklaarden. Elk nietig vrouwmenschje, genepen en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.