Heleen, een vroege winter

Titel
Heleen, een vroege winter

Jaar
1913

Druk
1913

Overig
1ed 1913

Pagina's
311



09

tnenschen, te midden waarvan Heieen met de beide anderen liep. Ze ging met het gelaat omhoog en haar borst stond vol als van een damp, die leed en lust was te zamen, een zalige smartelijkheid —, tot haar nicht haar aanstiet en het haar bleek dat ze een herhaalde vraag niet had verstaan. Nu wilden beiden weten waarover ze had loopen droomen. Ze vroegen het maar spottend, en wachtten geen antwoord, maar Heieen, die altijd meende op elke vraag een ernstig bescheid schuldig te zijn, tastte naar woorden en zei, meer zichzelf dan de anderen ten antwoord.... ״het was.... dat ik zoo graag zou willen weten, waarom alles is.. .. zooals het is...." En daarachter dan weer als de nadreun van een klokkeslag. ... de bevreemding om de eigen woorden, die pas nu haar verlangen aan haarzelf schenen te openbaren. Een slapte gleed door haar leden, maakte plotseling haar beenen zwaar, ze had tegen iets dat zacht en week was willen leunen en dan schreien, maar ze wist niet waarom. En waarom lachten die beide anderen nu? Was dan alles, dat ze zeggen kon, misplaatst en dwaas? Wee en zoetheid waren heen, drift en angst en wanhoop voerden in haar hart een feilen kamp, krasten als raven.... gejaagd en zwijgend, bitterheid en wrok als een brok in de keel, keerde ze huiswaarts.... een vijandigheid, ook van haar uit, broeide nog dagen tusschen hen en ze gingen niet meer gedrieën uit. Nog sterker nam Heieen zich voor, niets meer van

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.