'Nee, vader,' zeien de kinderen, verlegen,... "t is anstons tijd.'
Vader stond nu op, rekte z'n armen, trok z'n kleren recht, smakte weer met de lippen. Hij verlangde naar 'n sigaar - verboden genot op de Sabbathdag.
De moeder ontwaakte nu ook.
"t Zal wel al tijd zijn,' waagde 't oudste meisje... 'je kan hier tenminste geen hand meer voor je oge zien.'
De vader schoot in z'n vilten sloffen, wankelde op onzekere benen naar 't raam, bukte zich over z'n horloge...
'Nog drie menute...' bromde z'n stem...
Die drie minuten in 't hete donker leken nog lang, sleepten toch eindelijk voorbij.
En als de vader zei... 'nou, 't is tijd...' draafden alle kinders tegelijk naar de keuken om gauw de lucifers te brengen.
De moeder streek 'n lucifer aan, stak de lamp op.
En als langzaam 't vlammetje zich uitrondde op de pit, de kamerdingen weer, uit 't klemmende duister, te voorschijn leefden, kregen ze allemaal 'n blij gevoel van ontspanning, zonk de strakke verveling weg uit hun hoofd, werd inenen de kamer bedrijvig, kwamen de kinderen bij hun moeder vragen, of er nog boodschappen waren en welke. Want ze verlangden ernaar, nog even weg te komen uit de warme kamer, waar ze de hele dag hadden gezeten en Sabbath-gevierd.
59