de Hoangho ontstaat ze aan de bovenloop in een heuvelland dat nog geen rivierdal toelaat, aan de Jangtsekiang wordt ze gebracht, aan de Missisippi, Rio Grande, Colorado, Murray, Darling, Niger, Congo etc. etc. ontstaat niets. We kennen een plateau-beschaving in de Andes, maar het Afrikaanse hoogland bij de Congo, dat van hetzelfde type is, zag nooit een beschaving.
In de Middcllandschc Zee ontstond een archipelbeschaving rondom Kreta, maar de Japanse archipel ontwikkelde geen typische zee-beschaving als de Minoïsche. En de Malcise of de Cubaanse archipel die van hetzelfde type zijn? Aan de bovenloop van de Hoangho ontstond in het woeste heuvelland een beschaving, maar aan de bovenloop van de Donau die gelijksoortig is, ontstaat niets. We kennen beschavingen die in het tropisch oerwoud ontstonden; de Maya-beschaving, maar de Amazone-woudcn, de Afrikaanse wouden, Cambodja etc. zagen niets.
De Russische beschaving is er een van rivieren en wouden in een koud klimaat, dat veel overeenkomst heeft met Canada. Doch Canada brengt geen beschaving voort. En ofschoon West-Europa en Noord-Oost-Amerika fysiek veel overeenkomst vertonen, schiep het ene gebied wel, het andere geen beschaving.
Nu kan men zeggen dat de „omgeving” ook gevormd wordt door andere beschavingen. Maar hoe komt het dat de Mexicaanse cultuur geen invloed uitoefende op de Noord-Amcrikaanse vlakten, en waarom gaat de invloed der Maya-cultuur wèl naar het Noorden (Mexico), doch niet naar het Zuiden (Guatemala)? Hoe komt het dat de Sumcrischc cultuur invloed uitoefent op Anatolië en daar de beschaving der Hittiten doet ontstaan, terwijl het dichter-bijgelegen Iran géén Sumcrische invloeden ondergaat?
Slechts één ding leert ons de vergelijking der beschavingen: in alle omgevingen kunnen beschavingen ontstaan, maar de omgeving geeft slechts mogelijkheden, géén noodzakelijkheden; de mens moet het doen.
De omgeving daagt de mens uit, en de mens geeft een antwoord op deze uitdaging, uit deze werking van uitdaging en aanvaarding ontstaan beschavingen — of ze komen niet tot stand: er zijn beschavingen die in de kiem sterven, er zijn beschavingen die ontstaan en dan gestuit worden, slechts heel enkele worstelen zich door alle hindernissen heen.
IX
De beschaving als worsteling, uitdaging die aanvaard, beproeving die doorstaan wordt, dat is een van de grondopvattingen van Toyn-
72