De Soete Bazinne

Titel
De Soete Bazinne

Jaar
1960

Pagina's
314



uit de mond van een waard. Dan alleen maar een aanbeveling voor de herberg 'De Lenteblom’... bezoekt de drooggasterij van Anna Swaer-demaeckers, de mooie waardin... en bestel bij haar de schotel van de dag... nieuwe haring met oorlog... een kostelijke schotel... nieuwe haring met oorlog!!! Ha... ha... jammer dan Simon de Bye, toe dan, ksst... ksst!”

Opeens verdween hij. Voordat Anna Swaerdemaeckers hem kon bereiken, hoorden de kooplieden de deur van z’n kamer dichtslaan en het slot klikken. Veelbetekenend keek men elkander aan en begon de herberg te verlaten. Oorlog! Er was plotseling heel veel te verzorgen. En Eliazer Pluym zei tegen Siebe Montanus:

„Ik geloof, dat de Schout hier eens komen moet.”

„Ik niet... zijn dokter dient Mijne Heren van de Gerechte te verzoeken hem in het dolhuis te mogen opsluiten.”

Ontdaan en met tranen in de ogen zag Anna Swaerdemaeckers haar gasten vertrekken. Zij verzamelde afwezig het geld dat sommige kooplieden naast hun lege glazen hadden neergeteld. Jannegie Pietersdochter nam de bezem en veegde het vuile Maaszand op een hoop en strooide nieuw. De herberg was verlaten...

Dirckje Swaen schrok. Pieter Ravesteyn, de onderschout, was onhoorbaar binnengestapt en had haar van achter bij de schouders gepakt toen zij bij de hoofdtafel stond en luisterde naar het stemmengeraas boven in de kamer van Ysbrandt de Graef. Pieter Ravesteyn drukte haar tegen zich aan, hield haar polsen vast, boog het hoofd en vlijde zijn wang tegen de hare. Dirckje trachtte zich los te wringen, maar de onderschout hield haar in zijn ijzeren greep.

„Laat me los...!” fluisterde ze jachtig gesmoord.

„Waarom zou ik? Ik pak je beet met een bedoeling.”

„Word ik gezocht door de Heren van de Gerechte?” hijgde Dirckje al worstelend in zijn sterke armen.

„Nee, Dirckje Swaen... dit is buiten m’n officie... alleen voor m’n plezier... Kom... één zoen voor de onderschout!”

„Nooit! ”

„Nooit bestaat niet, Dirckje. Walg je dan zo van de Baviaan?”

Zij werd wat angstig, haar weerstand verslapte.

„Baviaan?... Wat is dat... een Baviaan?” vroeg ze ongerust.

Hij lachte gesmoord, terwijl hij weer z’n wang tegen de hare vlijde. „Dirckje Swaen weet heel goed wat een Baviaan is, want zij en Jannegie

21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.