beide vrouwen elkander op het eerste gezicht niet. Madeleine is er zelfs heel stil van, dus moet de directe vijandschap wel erg zijn. Rebecca wil niets van de verzorgde thee gebruiken, werkelijk niet om onaangenaam te zijn, maar haar orthodoxie verbiedt nu eenmaal het gebruiken van voedsel, dat niet ritueel is bereid. Madeleine weet dit niet; zij voelt haar afkeer des te dieper na deze weigering.
Reeds na korte tijd verlaat Madeleine de kamer om gelegenheid voor een onderhoud te geven.
‘Nicht Sientje heeft mij verzocht U te berichten, dat zij haar sollicitatie intrekt, omdat zij zich niet in staat voelt Uw huis te besturen.’ ‘Dat spijt mij heel erg,’ is het hoffelijke antwoord van de Fuentes. ‘Dat spijt U niet, Mijnheer de Fuentes!’ is Rebecca’s felle reactie. ‘Uw hoffelijkheid doet U onwaarheden zeggen. Het spijt U in het geheel niet, want nicht Sientje stond U niet aan.’ Rebecca kijkt Isaac doordringend aan, maar de Fuentes slaat de ogen niet neer.
‘Madame Davidson, het spijt mij inderdaad niet, maar de bon ton vereist nu eenmaal dat het mij wel moet spijten en die wil ik vooral tegenover U, die zo streng aan de rituele vormen vasthoudt, niet veronachtzamen.’
‘Juist mijnheer, maar die vooral toch óók graag de waarheid hoort, prettig of niet. Het spijt U niet, omdat U geen strenge huishouding wilt voeren en omdat nicht Sientje wellicht niet respectabel genoeg is. Maar het spijt mij, dat het niet nicht Sientje mocht zijn om U terug te brengen tot onze ritus, onze gemeente, naar het Jodendom.’
‘Madame, ik heb mijn inzichten gewonnen na een lang leven vol ervaringen; ik geloof niet, dat nicht Sientje mijn opvattingen ooit had kunnen wijzigen. Geen éne vrouw, al was zij nog zo intelligent en duizendmaal verleidelijker dan de kleine Made-moiselle Josine.’
‘Het is ons doel niet geweest U te verleiden. Ons doel was U goed te doen, U terug te voeren in het Joodse milieu, ter wille van Uw eigen leven en Uw eenzaamheid. En voor ons om een ‘mitswe’, een goede daad, te doen. En dan... een man als U te verleiden, dat zal wel heel moeilijk zijn.’
Het laatste heeft Rebecca zacht gezegd en de sterke, forse vrouw moet blozen en de ogen neerslaan, hoe zij er ook tegen vecht. ‘Het is bij mij niet moeilijker dan bij iedere andere man,’ lacht
43