H;j heeft dit pand gekregen door bemiddeling van de Franse Consul, die tot beider vreugde en verrassing een oude krijgsmakker bleek te zijn uit de Spaanse veldtocht.
Monsieur Anatole Daumer is getrouwd en vader van een talrijk gezin, waarin de vreugde hoogtij viert.
Zijn vrouw Madeleine, een Lotharingse fabrikantendochter, is voortdurend in de weer, sinds hun ontmoeting, om de oude vriend van haar man met alles behulpzaam te zijn. Zij rust niet vóór Isaac beloofd heeft met zijn zoon bij hen te komen inwonen, totdat het nieuwe huis zal zijn ingericht. Het verschil is groot, tussen de orthodoxe, wat sombere, gedegen familie Davidson en de sprankelende Fransen, waarvan de huisvader nooit wil debatteren en slechts opgeruimd en lachend door het leven gaan. Maar als Isaac de twee families met elkander vergelijkt, kan hij de een niet minder achten dan de ander en hij verlangt ernaar de Davidsons weer te zien.
Als er drie weken verlopen zijn, is het huis van Isaac de Fuentes gereedgemaakt door bekwame Rotterdamse ambachtslieden. Het is een grote vreugde voor hem als hij vóór de oplevering met de meester-meubelmaker een rondgang doet. Zijn woonkamer is hem bijzonder lief; deze is gelegen aan de achterzijde en ziet uit op de Maas. Het plafond is gebeeldhouwd; er is een grote, marmeren schouw en boven de deuren prijken grijswitte engelen, schilderijtjes van een groot meester. De wanden zijn behangen met gobelins in vakwerk van donker eikenhout. Een zware kristallen kaarsenkroon hangt in het midden van het plafond. Bijna de gehele dag schijnt de zon door de drie hoge vensters en doet de mooie, donkere meubels glanzen. Deze inrichting kost Isaac veel geld en reeds tweemaal heeft hij een goudzending van zijn kassier te Le Havre moeten laten komen. Ook heeft zijn eerste commies hem al onderdanig geschreven zijn privé-opnemingen wel met bijzondere aandacht te willen beschouwen op de balansstaat, die deze trouwe dienaar bescheidenlijk heeft bijgesloten.
Dit is het zwak van Isaac de Fuentes: zijn huis. De anders zo degelijke man kan geen weerstand bieden aan een meubel, een schilderij of een antiquiteit. Dan kijkt hij niet op kosten. Hij heeft geen rust, voordat hij het stuk bezit en kan het dagelijks gaan bezien en er zijn vreugde aan beleven. Bij het middenraam
37