Castiglione en Varese werd haar reiskonvooi overvallen. De mannen werden onthalsd, Monna Lucia en haar kamermeisjes ontvoerd. Slechts de oude chaperonne bleef ongedeerd achter bij de geplunderde reiswagen. Eerst de volgende dag kwamen ruiterpatrouilles van Hertog de Sforza uit Milaan; bij hen was een gerechtelijk ambtenaar.
De bevelvoerende kapitein staarde verbeten naar de chaos, hier viel niets te doen, de Franse bondgenoot was oppermachtig. .. hun legerprovoost zou een aanklacht met een schouderophalen afdoen.
De oude dame tikte de kapitein op de arm, keek in zijn gaaf Romeins gezicht, zegde:
„Centurio... er zijn drie jonge vrouwen geroofd... Cen-turio!”
De kapitein vloekte, sloeg zijn vizier neer, want er kwamen tranen in zijn ogen om het verloren Rijk en het harde woord Centurio, dat nu leger was dan een eierschaal.
Toen Meester Giovanni Solari het gebeurde vernam, reisde hij naar Varese.
Met moeite kreeg hij van de oude dame het andere miniatuur van de Florentijnse meester, het portret van Monna Lucia.
Een vol jaar trok hij door Lombardije en Frankrijk, tot in Parijs. Maar het was of Monna Lucia en haar meisjes door de aarde waren verzwolgen. Moe en zeer overspannen keerde hij terug in Milaan. Zat dagen lang in zijn patio en tuurde naar het beeld van Luigi di Ventimiglia en het kindje.
Op een dag kwam een van zijn vrienden.
„Giovanni, ga aan het werk. Je hebt in dit jaar een groot deel van je vaders erfdeel opgeteerd. Dat is genoeg... over je talent kun je niet beschikken, dat behoort tot de gezamenlijke glorie van de Milanese meesters.”
Giovanni Solari knikte gelaten, vroeg nog een korte tijd bezinning en toog daarna aan het werk. Na maanden nodigde hij zijn vrienden uit voor een avondmaal, want hij voelde
2