66
Vanmorgen had Moeder het laatste gomeits, dat er in huis was, laten verbranden. En Moeder had het den heelen dag, gisteren en vandaag, erg druk gehad. Eva had wel een klein beetje kunnen helpen, maar toch niet genoeg om te maken, dat Moeder het niet druk zou hebben.
En nu was het Seideravond. Jaap en Eva hadden allebei overdag geslapen, om bij den eersten seider te mogen opblijven.
tR
־Wat mooi was het!
Heel wit was de tafel, en heel blinkend Vaders beker. En in de glazen van Moeder, Eva en Jaap zag je het licht als kleine sterretjes schitteren.
In het midden stond de Seiderschotel, vol met alles wat er op hoorde: een lang, smal bakje met een beentje erop, en een klein rond met een ge-braden ei. Wat groene blaadjes, — wat radijsjes, — een mooi vaasje met azijn, — zout, — en dan het heerlijkste van alles: een bakje met garouses.