meest vrouwen werken, ziet men op Shabbat de zonderlingste verschijningen: een boom van een kerel, chauffeur op een vrachtauto door de week, deelt, beschermd door een wit schortje, eten uit in de eetzaal; een vroeger doctor in de economie, pas terug van een belangrijke opdracht in het buitenland, staat in de keuken vaten af te wassen. Want dit is de hoofdgedachte in het kibboets-leven: géén werk is te gering in de ogen van wie dan ook, wat zijn capaciteiten ook mogen zijn; alleen wordt in de dagelijkse werkzaamheden een zo vruchtdragend mogelijk gebruik gemaakt van ieders kundigheden.
De eerste kibboets, Daganja (in het Jordaan-dal, waar de Jordaan weer te voorschijn treedt uit de zuidpunt van het Meer van Tibe-rias), werd ruim 40 jaar geleden gesticht. Wie nu deze mooi-gebouwde, gevestigde, lommerrijke kibboets bezoekt, kan zich het onoverkomelijk-moeilijke begin van een handjevol idealisten zonder iets, bedreigd door roofovervallen, ziekten en alle andere denkbare gevaren, moeilijk meer voorstellen.
Vandaag zijn ook de vernielingen hersteld, die de Vrijheids-oorlog op dit strategisch belangrijke punt aanrichtte. — al toont de kleine begraafplaats en de resten van een vijandelijke tank, die al binnen de omheining was en toen in felle wanhoop door een chawér werd aangevallen, dat deze oudste kibboets ook in de nieuwste geschiedenis van Israël zijn tol heeft moeten betalen. Maar de schoonheid en welvaart van deze veteraan onder de kibboetsiem is als een troost-teken voor de jonge kibboetsiem op verlaten, barre plekken, in de dorre zuidelijke woestijn, de Negev, op afgelegen berghoogten als waarop Tirtsa met haar groep een kibboets begint, in gevaarlijke grens-zones als de „corridor” naar Jeruzalem. Ook zij zullen hun beginjaren van ontbering en gevaar doorworstelen en na jaren verbaasd vaststellen dat hun grond welig is geworden, hun kinderhuizen licht en vriendelijk, hun sprietje-voor-sprietje geplante grasvelden fluwelig, hun huizen goed gegrondvest, hun gezinnen bloeiend en gezond, — en dat uit de baby’s die onder zo moeilijke omstandigheden geboren zijn, volwassen chawériem zijn
9