Die zagen er heel wat anders uit, dan ze er nu uit zien. Som- 0 mige houten speelgoed-treintjes lijken er nog wel wat op. Een 0 heel hooge pijp, en dan van die grappige wagentjes er achter. 0 Op een dag zou er wat heel gewichtigs gebeuren in de stad, waar 0
Grootmoeder woonde. 0 De eerste trein van Ne- 0 derland zou van Groot- 0 moeders stad naar een 0 andere stad rijden. 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 00
Grootmoeder had nog 0 nooit een trein gezien. 0 De meeste menschen nog 0 niet. 0
Maar haar oom, die in 0 de andere stad woonde, 0 had hem wel al een keer 0 gezien. Die was een ge- 0 wichtige meneer, en hij 0 moest er zelf bij zijn, als 0 die eerste trein ging rij den. 0 Daarvoor was hij den 0 vorigen dag met dat hob- 0 bel-rijtuig naar Groot- 0 moeders vader en moeder 0 gekomen. 0
De oom was wel erg 0 deftig. Hij droeg een 0
Zou Klaartje morgen wel graag willen zien, hoe de spoortrein groene jas en een groene 0
wegni * broek en een wit kanten 0
ding vóór aan zijn hals, en een witte, hooge hoed. 't Was ook 0
feest, moet je denken. 0
De oom praatte wat met haar vader en moeder, en toen vroeg 0 hij in eens: 0
„Zou Klaartje morgen wel graag willen zien, hoe de spoor- 0 trein wegrijdt V* 0
Want Grootmoeder heette Klaartje. 0
0
44