S ... H
H Vóór een paar gezellige huizen, met witte hekjes en tuintjes 0 0 vol bloemen, hield hij stil en begon te draaien. Joep-didel-didel- 0
0 dom, joep-dideldom. Een wijsje, waar je haast vanzelf bij moest 0
0 dansen. 0
En uit die deur kwam een heel klein kereltje.
Voor de ramen kwamen gezichten te voorschijn. Maar niemand 0 kwam op straat om te dansen. 0
Maar wacht eens. Daar ging langzaam een 0
straatdeur open, die op een kiertje gestaan had. 0
En uit die deur kwam een heel klein ke- 0
reltje, dat maar net kon loopen. 't Was eigen- 0
lijk nog niet eens loopen. Zoo'n beetje waggelen, 0
van het ééne dikke beentje op het andere. 0 Joep-didel-didel-dom, joep-dideldom. 0
Het kleine dikkerdje lachte heel blij. Daar 0 stond hij nu in het tuintje, de dikke beentjes 0 stevig op den grond geplant. 0
De orgelman zag hem wel, maar hij had 0 geen tijd om tegen hem te praten, want hij 0 moest op het orgeldraaien letten. 0
Het jongetje waggelde naar het witte hekje 0 toe. Neen, dat kon hij niet open krijgen. 0 En hij wou toch zoo graag naar dat mooie 0 muziek-ding toe 1 0
Nu was het wijsje uit. Het jongetje keek 0 echt op zijn neus: 't ging net zoo mooi! 0
Maar de orgelman had medelijden met hem. 0 Hij lachte eens tegen hem en begon een ander 0 deuntje. 0
Van hupsasa, tierelierela, hupsasa, tjoem. 0
Daar begon me dat kereltje warempel te dan- 0
sen! Hij tilde om de beurt zijn beentjes zoo 0 hoog op, als hij maar kon en schaterde het uit 0 van de pret. 0
Midden in het dansje ging de straatdeur 0 weer open, en daar kwam de moeder van het 0 dikke jongetje naar buiten. 0
00 34 0000000000000000000000000001