26
Want zoo-veel zie-ken, dat was hee-le-maal niet pret-tig*
En dan nog wel hun ei-gen schuld!
Vijf op een plaat-je.
Hans-je en Jaap-je en Joop en Kees moesten met moe-der op een plaat-je. Maar dat was niet zoo heel mak-ke-lijk* Want het moest voor va-der een ver-ras-sing zijn*
En Hans-je en Jaap-je en Joop en Kees wa-ren nog hee-le klei-ne puk-ken* En zul-ke hee-le klein-tjes kun-nen niet best een ge-heim hou-den!
Joop en Kees wa-ren drie jaar*
Pre-cies e-ven oud*
En pre-cies op één dag ja-rig*