Overzicht van het ontstaan, de werkzaamheden en het streven van den Joodsche Raad voor Amsterdam

Titel
Overzicht van het ontstaan, de werkzaamheden en het streven van den Joodsche Raad voor Amsterdam

Jaar
1945

Pagina's
104



40

de extra-onkosten spoedig, zoodat de handelaren zelfs dit weekloon niet behaalden. Zoodoende moest hiervoor eveneens de hulp van den Joodsche Raad voor Amsterdam worden ingeroepen, die aan de handelaren, marktlieden en winkeliers een bijdrage op hun weekloon gaf. Buitendien verstrekte de Joodsche Raad voor Amsterdam aan de handelaren, die bij de markthallen kochten en niet over voldoende kapitaal beschikten, een suppletie-bedrag en dekte tevens de borgtochten, die moesten worden gesteld. Ook de organisatie van den verkoop moest door den Joodsche Raad voor Amsterdam ter hand worden genomen. Te dien einde werden in overleg met de Duitsche autoriteiten de markten Waterlooplein (Centrum), Gaaspstraat (Zuid) en Joubertstraat (Oost) — later nog Minervaplein (Zuid) — benevens een aantal joodsche winkels geopend, die uitsluitend voor het joodsche publiek waren bestemd. Om te voorkomen, dat bij de toen heerschende groenteschaarschte personen zich naar twee of meer distributieplaatsen zouden begeven, werd door den Joodsche Raad voor Amsterdam bepaald, dat iedere kooper zich bij den Joodsche Raad voor Amsterdam voor één van deze koopgelegenheden moest laten inschrijven — waarbij hij in zijn keuze werd vrijgelaten. Hij ontving een bewijs van inschrijving, dat bij eiken inkoop moest worden getoond. Hierdoor trachtte men, een zoo rechtvaardig mogelijke verdeeling te bereiken, waarin men ook in het algemeen slaagde.

De bemoeiingen van den Joodsche Raad voor Amsterdam betreffende de slagerswinkels waren in het begin beperkt. Enkele slagerijen werden door de Duitsche autoriteiten als joodsche winkels erkend. De Joodsche Raad voor Amsterdam moest alleen zijn bemiddeling voor het aanvragen van vergunningen en bordjes bij de Duitsche autoriteiten verleenen. Voor het verkrijgen en de distributie van het vleesch zorgden de slagers zelf, waarbij hun ook enkele grossiers werden aangewezen. Wel wil ik er nog op wijzen, dat het hier uitsluitend niet-ritueel vleesch betrof. Pas later — in Juli 1943 — na de groote razzia's in Amsterdam moesten ook de organisatie en distributie van vleesch door den Joodsche Raad voor Amsterdam ter hand worden genomen.

Het betreden van vischwinkels was, zooals reeds gemeld, voor het joodsche publiek in Amsterdam eveneens verboden. Speciaal joodsche zaken werden hiervoor niet aangewezen, zoodat de joodsche bevolking te Amsterdam geen visch kon koopen. In alle andere plaatsen was dit wel het geval.

3) Art. 3 van dezelfde verordening bepaalde, dat voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.